De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
di 25 juni 2002  
---
Nieuwsportaal
---
Uit de krant 
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
---
En verder 
Over Geld 
Scorebord 
Autotests 
Filmpagina 
Woonpagina 
Reispagina 
---
Ga naar 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
Vacatures 
DFT 
Privé 
Weerkamer 
Al onze specials 
Headlines 
Wereldfoto's 
Wereldfotos 
---
Kopen 
Speurders 
Koopjesjager 
---
Met Elkaar 
Dating 
---
Mijn leven 
Vrouw & Relatie 
AstroLink 
Uw horoscoop vandaag 
---
Contact 
Lezerservice 
Advertentietarieven 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
Alle uitslagen, standen, programma's 
[terug]
 D E   T E L E G R A A F   T E L E S P O R T 
SPORT ACTUEEL: NIEUWSPORTAAL
 
  Tarik Oulida: Vergeten
voetballer in Japan

   
 

NAGOYA - Op het moment dat het wereldkampioenschap ging beginnen, werden bij Tarik Oulida de verhuisdozen opgestapeld. De mogelijke lift van het voetbal in Japan zal aan hem voorbij gaan. Behalve de genaturaliseerde pionier Dido Havenaar hield geen speler het langer uit, maar vier jaar vindt hij genoeg. "Ik wil gewoon weg."

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (426x284, 30kb)
Op het moment dat het wereldkampioenschap ging beginnen, werden bij Tarik Oulida de verhuisdozen opgestapeld.
Hij heeft het allemaal meegemaakt. Hij zag Edmundo, alias het Braziliaanse beest, komen. Reed mensen dood in Rio, vloog tegenstanders, scheidsrechters én medespelers naar de keel. Kortom, hij had zich onmogelijk gemaakt.

In Japan verdient de opvliegerige Kanarie miljoenen dollars, viert carnaval wanneer hij dat wil, heeft een auto met chauffeur en enkele dure sportwagens voor de vrije uurtjes. "Ik geloof dat hij twee wedstrijden heeft gespeeld", brengt Oulida de absurditeit tot normale proporties terug.

In Japan is de sportieve ontwikkeling ondergeschikt gemaakt aan entertainment, zegt hij. "Ze kijken hier heel anders naar voetbal. De fans zijn hoofdzakelijk vrouwen en meisjes. Ze letten vooral op het uiterlijk en als je vrijgezel bent, zit je sowieso goed. Veel families komen vroeg naar het stadion, gewapend met eten, drinken en stokjes. Het is één grote, Amerikaanse show. Winnen of verliezen, het maakt geen verschil. Ze blijven na afloop wachten en geven je een berg frutseltjes mee. Ik moet er wel om lachen. Als ik in Sevilla een wedstrijd verloor, moest ik voor mijn eigen veiligheid drie uur in het stadion blijven."

Oulida is de verbazing allang voorbij; zijn vrouw Mariska ook. "We zijn hier vreselijk goed behandeld. Je krijgt hier geen seizoenkaart, maar voor elke wedstrijd een roos. Met die roos loop je overal naar binnen. Op de tribune krijg je een menukaart mee, in de winter een deken en in de zomer een waaier. Ach, het heeft ook wel iets."

Het staat ook in zijn contract, legt Oulida uit. "Ik ben geen soccerplayer, maar entertainer." De nieuwe trainer van Nagoya Grampus Eight, een Sloveen, droeg hem onlangs op meer trucjes en meer hakjes in zijn spel te leggen. "Om het publiek te bekoren." Oulida peinst er niet over. Hij wil dat oude etiket niet nog eens opgeplakt krijgen. "Die verhalen over de straatvoetballer Oulida zijn sterk geromantiseerd. Als ik nu op straat zou spelen, scheur ik alles af. Ik kijk wel uit."

Hij is een andere voetballer geworden in Japan. "Als ik speel, wil ik gewoon winnen. Dat frivole sleet met de jaren. Misschien speel ik nu zelfs wel té simpel."

Het heeft hem lang achtervolgd, die beruchte opmerking van Johan Cruyff. Goed bedoeld, dat zeker. Echter, Louis van Gaal was destijds de trainer van Ajax. Cruyff begreep niet waarom zo'n bovenmatig getalenteerde middenvelder geen vaste plaats had. "Ik weet nog goed dat het op televisie was. Op dat moment dacht ik: cool! Ik was zeventien en gewoon heel blij. Maar toen ik de volgende dag naar de training kwam, stonden er al veel journalisten te wachten. Van Gaal was er, zacht uitgedrukt, minder blij mee. Voor hem voelde het als een steek in zijn rug. Daar werd ik de dupe van."

Sindsdien leeft Oulida in de vergetelheid. "Mijn carrière is niet echt geëxplodeerd, nee."

Sevilla was geen onverdeeld succes, mede door een ernstige knieblessure die hem het eerste seizoen kostte. Hij vertrok ten slotte naar Japan, ver weg. "Ik was teleurgesteld. Zeker als je jong bent, wil je maar één ding: elke week voetballen. Achteraf zeg ik: Japan is goed voor me geweest. Hier was het minder belangrijk dat ik ooit bij Ajax had gespeeld. Ik moest me gewoon opnieuw bewijzen, dat vond ik wel prettig. En als je hier langer dan een jaar speelt, gaan de mensen je steeds meer waarderen."

In Nederland werd het beeld daarentegen stilgezet. "Er zitten hier veel Brazilianen, maar als een Nederlander naar Japan vertrekt, ben je al gauw een loser. Ik kwam mijn naam nog eens tegen in een weekblad. Het ging over eeuwige talenten. Dat stempel kreeg ik. Ze zijn me vergeten. Niet dat ik in het Nederlands elftal hoor, maar niemand heeft de moeite genomen om een keer te komen kijken. Hoe kunnen mensen dan over mij oordelen?"

Die mogelijkheid dient zich spoedig aan. Zijn Japanse manager zoekt een club in Europa, bij voorkeur in het behaaglijke zuiden. "Ik ga niet terug om te laten wie ik ben geworden, maar gewoon omdat we terug willen. Het sociale leven weegt zwaarder." Oulida is 28 en heeft twee kleine kinderen die er aan toe zijn de familie niet alleen via een webcam te zien.

Ook verlangt hij weer naar de voetbalcultuur die hij kent en die beter bij hem past. En waar hij een trainer vindt die hij respecteert. "Er is een Japanner geweest, een Braziliaan en nu een Sloveen. Schijnt een oude bondscoach te zijn. Nee, ik reken hem niet echt tot de beste trainers die in mijn carrière voorbij zijn gekomen. Hoe hij heet? Geen idee. 'Prosta! Prosta!', roept-ie de hele dag. Dus noemen we hem Prosta."




 

zoek naar gerelateerde artikelen


di 25 juni 2002

[terug]
     
© 1996-2002 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.