DEN HAAG - Vice-premier Jorritsma ziet voor zichzelf na een politieke loopbaan van twintig jaar geen plek meer weggelegd in een nieuw kabinet. Zij overweegt binnenkort het Binnenhof te verlaten. De VVD'ster, die onlangs naast het voorzitterschap van de Tweede Kamer greep, maakt zo goed als zeker plaats voor vernieuwing van de sterk uitgedunde VVD-fractie.
|
Jorritsma
|
Daarmee komt een eind aan acht jaar ministerschap en twaalf jaar Kamerlidmaatschap van Jorritsma. Als minister van Verkeer en Waterstaat hield zij zich vooral bezig met de voorbereidingen van de aanleg van de Betuwelijn en de Hogesnelheidslijn naar het zuiden en bereidde zij ook het rekeningrijden voor. In 1998 werd zij in het tweede paarse kabinet minister van Economische Zaken en vice-premier. Jorritsma werd tijdens haar ambtstermijn voortdurend herinnerd aan de succesvolle periode van haar voorganger Wijers op dat departement.
Het is nog niet duidelijk wat de politica na haar vertrek op het Binnenhof gaat doen. In de komende weken brengt de Algemene Rekenkamer nog wel een rapport uit over mogelijke belangenverstrengeling van de bewindsvrouw met het bouwbedrijf van haar echtgenoot. Jorritsma ontkent ten stelligste dat er sprake is van onoorbare praktijken.
Annemarie Jorritsma is een van de vele demissionaire bewindslieden in de 23-koppige VVD-fractie. Fractievoorzitter Zalm heeft afgelopen week gesprekken gevoerd met de ministers en staatssecretarissen over hun ambities in de komende vier jaar. De opvolger van Dijkstal wil vooral nieuwe VVD-gezichten in het kabinet, waardoor het voor de huidige ministers - zoals Van Aartsen (Buitenlandse Zaken) en Korthals (Justitie) - zeer moeilijk wordt terug te keren. Onderwijs-minister Hermans zou nog wel een goede kans maken om in een volgend kabinet terug te komen.