De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
wo 13 februari 2002  
---
Nieuwsportaal
---
Uit de krant 
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
---
En verder 
De euro 
PC Thuis 2001 
Begroting 2002 
De prins en Maxima 
Over Geld 
Fiscus 2001 
Scorebord 
Auto op vrijdag 
Filmpagina 
Woonpagina 
Reispagina 
Jaaroverzicht 2001 
---
Ga naar 
Het huwelijk van de prins en Máxima 
De Olympische Winterspelen van Salt Lake City 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
VacatureTelegraaf 
DFT 
CrazyLife 
Weerkamer 
Al onze specials 
Headlines 
Wereldfoto's 
Wereldfotos 
Reageer op 't nieuws 
---
Kopen 
 Speurders 
ElCheapo 
---
Met Elkaar 
Netmail 
Nice2Meet 
---
Mijn leven 
Vrouw & Relatie 
AstroLink 
Uw horoscoop vandaag 
De Psycholoog 
---
Contact 
Abonneeservice 
Advertentietarieven 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 

Alle uitslagen, standen, programma's 
[terug]
 D E   T E L E G R A A F   T E L E S P O R T 
 
  'Ken' creëert
eigen droomwereld

   
 

SALT LAKE CITY - Ken & Barbie, worden Casey FitzRandolph en zijn verloofde Jennifer Bocher in het sprintwereldje ook wel gekscherend genoemd. Het brave voorkomen van het onafscheidelijke tweetal - de één traint op het ijs van de Olympic Oval in Calgary, de ander werkt er op de administratie - doet de excentrieke snelheidsduivels vaak lachend herinneren aan de meisjespoppen die menig jong kinderhart sneller doen kloppen. Maar in de Utah Olympic Oval was het gisteren de vleesgeworden Ken die het laatst lachte, nadat hij met het veroveren van het olympisch goud op de 500 meter zijn eigen droomwereld had gecreëerd.

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (284x284, 13kb)
De Amerikaanse winnaar van het goud op de 500 meter, Casey FitzRandolph (l.), viert zijn eigen feestje met zijn landgenoot Kip Carpenter, die het brons verovert.
Op de schaal van Amerikaanse onsterfelijkheid steeg FitzRandolph de afgelopen dagen in welgeteld 1.09,23 minuten vanuit het niets met stip, nadat hij in de voetsporen van de legendarische, maar in eigen land nimmer gewaardeerde Eric Heiden was getreden. De vijfvoudig olympisch kampioen van de Winterspelen van 1980 in Lake Placid was de laatste schaatser voor wie na de 500 meter, in de Verenigde Staten het koningsnummer van het olympisch schaatstoernooi, de Stars and Stripes werd gehesen. Slechts in een grijs verleden gebeurde dat drie maal eerder: Charles Jethraw (Chamonix 1924), Jack Shea (Lake Placid 1932) en Kenneth Henry (Oslo 1952). FitzRandolph is wel de eerste schaatser die zijn dominantie over twee sprints tentoonspreidde.

Het fundament onder zijn gouden medaille legde hij maandag met een weergaloze opening (9,44, mèt pikstart, de snelste honderd meter van het gehele veld) en een niet minder fraaie volle ronde van 24,88, resulterend in een olympisch record van 34,32. Daarmee bouwde hij een voorsprong van 0,19 seconden op ten opzichte van runner-up Hiroyasu Shimizu. Het verschil met de nummer drie, landgenoot Kip Carpenter, was 0,26 seconden. De Amerikaan liet op de eerste dag met 24,83 de snelste volle ronde ooit noteren, maar liep op de eerste 100 meter te veel averij op: 9,85.

FitzRandolph vervolmaakte daags daarop het tweeluik met een allesbehalve vlekkeloze race. In de laatste binnenbocht maakte de Amerikaan een misslag die hem bijna de onvergankelijke olympische roem kostte. Met het handje aan het ijs redde hij zijn hachje. Hij verloor weliswaar de onderlinge confrontatie met de verrassende nummer drie, landgenoot Kip Carpenter (34,79 om 34,81), maar zijn tijd was slechts 0,16 seconde langzamer dan de 34,65 van Shimizu in de rit daarvoor. Driehonderdste seconde, slechts luttele centimeters, bepaalden over duizend meter uiteindelijk het verschil tussen goud en zilver.

Samen met de Canadees Jeremy Wotherspoon, die zichzelf op de eerste dag met een knullige fout bij de start uitschakelde, en Mike Ireland maakt FitzRandolph sinds juni 1999 deel uit van The Oval Project, de sprinttrojka van coach Sean Ireland. In de aanloop naar de Olympische Spelen tekenden de drie voor zestien van de in totaal vierentwintig te vergeven podiumplaatsen. FitzRandolph, de enige Amerikaan in het gezelschap, nam daarvan op de 500 meter vijf tweede plekken voor zijn rekening, alle keren achter Wotherspoon. Alleen tijdens de wereldkampioenschappen sprint in Hamar, waar hij als tweede eindigde, slaagde hij er in de hoogste trede van het ereschavot te betreden. Hij diende die stek evenwel te delen met de Japanner Hiroyasu Shimizu.

Tot voor enkele jaren geleden duidde weinig tot niets er op dat FitzRandolph uit zou groeien tot een grote ster aan het Amerikaanse sprintfirmament. Tijdens de Olympische Spelen van 1998 in Nagano bleef hij op de 500 meter steken op de zesde plaats. "Ik had destijds veel aanpassingsmoeilijkheden met de klapschaatsen", blikte de 27-jarige olympisch kampioen uit Verona, Wisconsin terug. "De oorzaak daarvan was dat ik het, op mijn oude schaatsen, puur moest hebben van mijn techniek. Ik heb niet de grootste bovenbenen, ik ben niet de sterkste, ik ben niet de snelste. Wanneer je je twintig jaar lang op één bepaalde techniek focust, is het moeilijk van het ene op het andere seizoen over te schakelen op een geheel andere lichaamshouding. Feitelijk heb ik helemaal opnieuw moeten leren schaatsen."

Brekebeen

Dat laatste gold helemaal nadat brekebeen FitzRandolph (zijn medisch dossier vermeldde reeds een gebroken knieschijf en diverse malen verrekte knie- en schouderbanden) twee jaar geleden betrokken raakte bij een ernstig auto-ongeluk, waarbij hij een gebroken borstbeen opliep. Als gevolg daarvan miste hij in 2000 de WK sprint in Seoel. Een jaar later moest hij zich in Inzell tevreden stellen met de dertiende plaats in de eindrangschikking. "Niemand kan zeggen dat het me is komen aanwaaien", lachte hij.

Zijn grootste wens? "Dat ik nog twintig jaar door kon gaan met schaatsen om eindelijk écht perfect te kunnen schaatsen. Of nee: ooit nog eens als kicker van Green Bay Packers furore maken in de National Football League." Lachend: "Maar dat zal nu wel niet opgaan. Ik ben van nature een rustige jongen die het liefst gewoon thuis zit. Al sinds ik als vijfjarig jongetje Eric Heiden in Lake Placid vijf gouden medailles zag winnen, heb ik ervan gedroomd beroemd te zijn. Dat leek me fantastisch. Het is echt ongelooflijk dat het nu zover is."




 

zoek naar gerelateerde artikelen


wo 13 februari 2002

[terug]
     
© 1996-2002 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.