AMSTERDAM - Het restaurant-motel van Van der Valk in Tiel - waarvan zondag het parkeerdek deels instortte - is in de jaren '80 lange tijd open geweest zonder alle vereiste vergunningen. Het motel en de gemeente lagen in die tijd hierover voortdurend met elkaar overhoop.
Dat blijkt uit het lijvige dossier van de gemeente Tiel over het etablissement. De gemeente beschikt over talloze rapporten en brieven waarin staat dat de moteldirectie het niet zo nauw nam met brandveiligheidsvoorschriften en bouwtekeningen.
In 1988 sprak de toenmalig chef Algemene Zaken van de gemeente zelfs van 'een serie strafbare feiten': Van der Valk zou de Hinderwet, de Drank- en Horecawet, de Brandbeveiligingsverordening en de Wet verontreiniging oppervlaktewateren hebben overtreden.
Dat er het een en ander mis was met de bouw van het motel, signaleerden ambtenaren in 1985 tijdens een onderzoek naar de uitvoering van de brandveiligheidsvoorschriften. "In afwijking van de bouwtekeningen wordt de hoofddraagconstructie niet in beton maar in staal uitgevoerd.
Tijdens het bouwen is de indeling anders uitgevoerd dan op de bij de bouwvergunning behorende tekeningen is aangegeven'', rapporteerden zij.
Bij een vervolgonderzoek in mei 1986 werden allerhande gebreken en onaangekondigde werkzaamheden geconstateerd. Zo ontbraken de brandslanghaspels en waren betonvloeren op de begane grond van het motel 'sterk doorgebogen ten gevolge van een aangebrachte hoge belasting'. Van der Valk werd gesommeerd binnen twee weken nieuwe tekeningen in te leveren. Zo niet, dan zou de zaak of een deel ervan worden gesloten.
In juli 1987 constateerde de gemeente dat de bouw niet overeenkwam met de bouwtekeningen. Het zwembad was anders en groter, er werd zonder vergunning een dakkapel gebouwd en ook de plattegronden weken af.
Drie maanden later waren er nog altijd geen nieuwe tekeningen van Van der Valk binnen. In februari 1988 kreeg Van der Valk twee maanden de tijd om zijn zaakjes op orde te krijgen. Hiertoe maakte de gemeente speciaal voor Van der Valk een ambtenaar vrij.
Volgens de chef Algemene Zaken was, zo schreef hij indertijd, de houding van Van der Valk "al met al niet echt onwelwillend, doch van een uitgesproken coöperatieve instelling is geen sprake. De sfeer wordt tot op zekere hoogte beïnvloed door een toegeeflijke houding van gemeentezijde in het verleden. Geestdrift om te voldoen aan een reeks wettelijke voorschriften is bij Van der Valk jr. niet waargenomen.''