De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
wo 19 december 2001  
---
Nieuwsportaal
---
Uit de krant 
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
---
En verder 
PC Thuis 2001 
Begroting 2002 
De prins en Maxima 
Over Geld 
Fiscus 2001 
Scorebord 
Auto op vrijdag 
Filmpagina 
Woonpagina 
Reispagina 
Jaaroverzicht 2001 
---
Ga naar 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
VacatureTelegraaf 
DFT 
CrazyLife 
Weerkamer 
Al onze specials 
Headlines 
---
Kopen 
 Speurders 
ElCheapo 
Siteshopper 
---
Met Elkaar 
Chatweb 
Vertel 
Cybercard 
Netmail 
Nice2Meet 
---
Mijn leven 
Vrouw & Relatie 
AstroLink 
De Psycholoog 
---
Contact 
Abonneeservice 
Adverteren 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
[terug]
 D E   F I N A N C I Ë L E   T E L E G R A A F 
 
ACTUEEL FINANCIEEL NIEUWS: WWW.DFT.NL
  Verlaging van benzineprijs wordt lange strijd
   
 

DEN HAAG - Geen verboden prijsafspraken, wel te hoge benzineprijzen. De Nederlandse Mededingingsautoriteit NMa heeft na anderhalf jaar onderzoek geen duidelijk spoor kunnen vinden van verboden onderlinge prijsafspraken tussen de oliemaatschappijen en deelt dus geen boetes uit. Wel dreigt de kartelpolitie met maatregelen. Want de NMa heeft vastgesteld dat de benzineprijzen door afspraken tussen de oliemaatschappijen en de pomphouders "kunstmatig hoog" worden gehouden. Dergelijke afspraken zijn nu nog niet strafbaar, maar als het aan de NMa ligt straks wel.

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (426x284, 21kb)
Marktleider Shell verdenkt de NMa van "scoringsdrang" (Foto: © Dijkstra b.v.)
Marktleider Shell haalt de conclusies van de NMa keihard onderuit. "Onder de huidige spelregels heeft de NMa niets gevonden en dus gaan ze de spelregels maar veranderen. Dat kan natuurlijk niet", aldus Frans Everts, directeur Shell Nederland verkoopmaatschappijen. Hij verdenkt de NMa van "scoringsdrang" en wijst er op dat er wel degelijk veel concurrentie is op de Nederlandse benzinemarkt.

Doorn in het oog van de kartelwaakhond is het zogeheten steunsysteem. De meeste benzinestations in ons land zijn in handen van, of hebben een afnamecontract met de vijf grote oliemaatschappijen Shell, Texaco, BP, Esso en Totalfina. Deze oliegiganten geven 'hun' pomphouders financiële compensatie zodra een pompstation van een concurrent in de buurt de prijzen verlaagd.

Dit systeem werkt volgens de NMa in de hand dat het voor pomphouders niet interessant is om hun prijzen te verlagen. Zij weten immers dat hun concurrenten de actie zullen volgen en het dus geen effect zal hebben op de omzet.

Volgens de Europese kartelwetgeving zijn deze verticale afspraken niet verboden. Maar de NMa vindt dat het zulke grote gevolgen heeft voor de Nederlandse markt dat de kartelwaakhond het hier wil verbieden.

Toen de NMa anderhalf jaar geleden het onderzoek startte, wist ze dat het een harde dobber zou worden om iets boven tafel te krijgen. De Economische Controledienst (ECD) had immers net een soortgelijk onderzoek vruchteloos afgerond. Het Openbaar Ministerie in Rotterdam studeerde ruim een jaar op het ECD-rapport, om uiteindelijk tot de conclusie te komen dat er onvoldoende bewijs was om tot vervolging over te kunnen gaan.

De maatschappelijke onrust rond de hoge benzineprijzen bleef. De consument en de transportsector klaagde steen en been over het gebrek aan prijsdiffentiatie tussen de verschillende oliemaatschappijen. Dat op zich is absoluut geen bewijs voor een gebrek aan concurrentie, vindt Shell. "Als op de Albert Cuyp de sinaasappelen overal even duur zijn, wordt dat concurrentie genoemd. Als dat bij benzine zo is, is dat kennelijk ineens een prijsafspraak", aldus Everts.

De NMa constateerde volggedrag en dat is niet strafbaar.

Duidelijk is dat de olieconcerns zich niet bij het besluit van de kartelwaakhond zullen neerleggen en dat waarschijnlijk een jarenlange juridische strijd zal volgen voordat NMa-baas Kist zijn zin krijgt.

Ondertussen blijkt uit de analyse van de NMa eens te meer dat het met kleine aantal grote aanbieders structureel fout zit met de concurrentie op benzinegebied. Daar waar in omringende landen supermarktketens en kleinere zelfstandige pomphouders de concurrentie flink opvoeren de prijzen aan de pomp drukken ontbreekt dit tegenwicht in Nederland.

Maar ook de Nederlandse autobezitter mag de hand enigszins in eigen boezem steken. Gepaaid door airmiles, zegeltjes en handdoeken rijdt de doorsnee Nederlander de wel degelijk aanwezige goedkopere witte pompen doorgaans steevast voorbij. Ook een initiatief van de ANWB, die de goedkope pompen op internet keurig per regio op een rijtje heeft gezet, lijkt de doorsnee burger nauwelijks te beroeren.




 

zoek naar gerelateerde artikelen


wo 19 december 2001

[terug]
     
© 1996-2001 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.