DEN HAAG - Het ging over prestige, status, keuzes en Grote Afwezigen. Het olympisch kwalificatietoernooi, eind volgende maand in Heerenveen, wierp ook tijdens de nababbel van de 1500 meter van de Wereldbeker in Den Haag zijn schaduw vooruit. Naar hartelust filosofeerden full-profs Martin Hersman en Jakko Jan Leeuwangh over de waarde van de olympische mijl afgezet tegen de kilometer, de afzegging van de tobbende Rintje Ritsma na zijn teleurstellende vijf kilometer van vrijdag en diens dilemma over de afstand waarop hij zich in Thialf moet richten. De zege ging zaterdag ondertussen ironisch genoeg naar Derek Parra, een part-time schaatser die eenvoudigweg niets te kiezen heeft.

Derek Parra. (Foto: REUTERS)

Voor een maandwedde van 450 dollar staat de Amerikaan van Mexicaanse origine op de loonlijst bij US Speedskating. Om het hoofd boven water te houden werkt hij, samen met zijn ploeggenoten, het grootste gedeelte van het seizoen dagelijks tussen ochtend- en middagtraining vier uur bij de doe-het-zelf-keten Home Depot. Ontzien worden mannen als Parra, Tim Hoffmann en Chris Callis daarbij allerminst. Het is zelfs al voorgekomen dat de Amerikaanse bondscoach Bart Schouten een van zijn pupillen geblesseerd op de training kreeg als gevolg van sjouwen met balken en cementzakken van tachtig kilogram per stuk. "Natuurlijk is dat vervelend. Maar wat doe je er tegen? Ze moéten wel. Er is gewoon geen geld."

De laatste Amerikaanse zege op de 1500 meter in een Wereldbeker dateerde van 14 januari 1989, toen wereldkampioen allround Eric Flaim in Davos als snelste over het (natuur)ijs ging. Geheel onverklaarbaar noemde Schouten het niet dat er zó lang op nieuw succes gewacht diende te worden. "Wie zegt me dat iemand als Parra niet veel beter had kunnen zijn als hij niet zou hoeven werken?"

Aan de instelling ligt het volgens de trainer zeker niet. Als voormalig wereldkampioen inline-skaten beurde hij 40.000 dollar per jaar. "Dat heeft hij allemaal laten lopen om ooit aan de Olympische Spelen deel te kunnen nemen." Nog zo'n voorbeeld. Over drie weken hoopt Parra's echtgenote te bevallen van een dochter. Omdat de vice-wereldkampioen op de 1500 meter al verzekerd is van een olympisch startbewijs, krijgt hij toestemming een paar dagen af te reizen naar Orlando teneinde bij de geboorte aanwezig te kunnen zijn. Om het stramien van de laatste jaren - op hoogte wonen, iets lager trainingen afwerken - niet te doorbreken, zal Parra tijdens zijn verblijf in Californië in een hypobare zuurstoftent slapen om het effect van verblijf op hoogte te simuleren. Schouten, bewonderend: "Typisch Parra. Hij doet álles om de beste te worden."

Dergelijke beslommeringen zijn de Nederlanders vreemd. Voor Hersman (tweede), Leeuwangh (zesde) en Ritsma (met longproblemen thuis in Lemmer) stond de derde Wereldbeker van het seizoen in het teken van het slagveld in Heerenveen, waar tussen 20 en 23 december op leven en dood wordt gestreden voor olympische startbewijzen. Hoewel absent, viel zaterdag vooral de naam van laatstgenoemde veelvuldig. Metrische mijl of kortste stayersafstand, het is een vraagstuk dat iedereen behalve Ritsma zelf bezig lijkt te houden.

"Ik zie niemand op zowel de 1500 als de 5000 meter voorin rijden", meende Hersman. "Als ík Ritsma was, zou ik kiezen voor de vijf kilometer. Zoals hij die twee weken geleden in Berlijn reed, kunnen maar weinigen. Met zes Europese en vier wereldtitels allround achter mijn naam zou ik alles gokken op één afstand."

"Natúúrlijk zegt Hersman dat Ritsma voor de vijf kilometer moet kiezen. Zou ik ook doen, als ik hem was. Dan had ik een concurrent minder", lachte Leeuwangh. Persoonlijk zet hij alles op de 1500 meter. Niet omdat die afstand in Nederland meer aanzien heeft. "Dat vind ik zo'n gezwets. Net als die onzin dat het de moeilijkste afstand zou zijn. Een 500 meter is bijvoorbeeld veel lastiger."

Zijn keuze wordt bepaald door één begrip: snelheid. "Als de Spelen in Groningen plaats zouden vinden, had ik me op de 1000 meter gericht. Maar op een baan als Salt Lake City heb ik op die afstand niets te zoeken. Daarvoor moet je pure snelheid hebben, anders kun je het vergeten. En dat heb ik niet. Mannen als Wotherspoon, Ireland of van mijn part Shimizu rijden een eerste volle ronde van 24,9. Dat haal ik in de slotronde nooit meer in. Dan moet je realistisch zijn en gewoon een keuze maken. Datzelfde geldt voor Ritsma. Ik denk dat hij gewoon snelheid te kort komt. Tenzij hij nú besluit de vijf kilometer te laten vallen."

Den Haag. Wereldbeker. Vrouwen, 1500 m: 1. Friesinger (Dui) 2.00,31, 2. Klassen (Can) 2.01,20, 3. Tabata (Jap) 2.01,39, 4. Pechstein (Dui) 2.02,23, 5. Timmer (Ned) 2.02,50, 6. De Jong (Ned) 2.02,90, 9. Groenewold (Ned) 2.03,61, 10. Ankoné (Ned) 2.03,62, 17. De Loor (Ned) 2.07,62.

Stand wereldbeker: 1. Friesinger 300, 2. Pechstein 190, 3. Klassen 185, 4. Rodriguez (VSt) 160, 5. Tabata 156, 6. De Jong 126, 7. Groenewold 122, 10. Timmer 80, 13. Ankoné 64, 14. Thomas 54, 26. De Loor 10.

5000 m: 1. Friesinger (Dui) 7.15,30, 2. Pechstein (Dui) 7.17,15,3. Tabata (Jap) 7.20,30, 4. De Jong (Ned) 7.20,60, 10. Vis (Ned) 7.28,38, 11. Groenewold (Ned) 7.29,11, 17. Oosting (Ned) 7.33,19. B-groep: 1. Raney (VSt) 7.34,79, 3. Cramer (Ned) 7.35,91.

Stand gecombineerde wereldbeker na 4 wedstrijden: 1. Friesinger (Dui) 400 punten, 2. Pechstein (Dui) 320, 3. Tabata (Jap) 230, 4. De Jong (Ned) 208, 5. Groenewold (Ned) 199, 7. Vis (Ned) 144, 17. Ankoné 49, 19. Oosting 46, 27. Cramer 21, 37. De Loor 4.

Mannen, 1500 m: 1. Parra (VSt) 1.49,78, 2. Hersman (Ned) 1.50,39, 3. Breuer (Dui) 1.51,01, 4. Andersen (Noo) 1.51,40, 5. Molicki (Can) 1.51,71, 6. Leeuwangh (Ned) 1.52,15. B-groep: 1. Sajoetin (Rus) 1.52,87, 5. Meijer 1.53,78, 7. Vreugdenhil (Bel) 1.53,96, 8. Solinger 1.53,96, 20. Ten Kortenaar (Oos) 1.56,31, 37. Elsinga 2.36,66 (met val).

Stand wereldbeker na drie wedstrijden: 1. Andersen 196, 2. Hersman 195, 3. Parra 188, 4. Leeuwangh 185, 5. Molicki 148, 7. Wennemars 120, 12. Ritsma 74, 20. Bos 36, 33. Meijer 5, 37. Solinger 1.

10.000 meter: 1. Dittrich (Dui) 13.50,52, 2. Saetre (Noo) 13.51,90, 3. Zygmunt (Pol) 13.53,78, 4. Grödum (Noo) 13.56,02, 5. De Jong (Ned) 13.57,15, 10. Uytdehaage (Ned) 14.00,54, 12. Veldkamp (Bel) 14.06,51, 16. Verheijen (Ned) 14.12,88. B-groep: 1. Storelid (Noo) 13.51,26, 3. Helling (Ned) 14.01,87.

Stand wereldbeker 5000/10.000 m na vier wedstrijden: 1. Romme (Ned) 300, 2. De Jong 270, 3. Dittrich 208, 4. Uytdehaage 185, 5. Saetre 178, 7. Verheijen 163, 12. Ritsma (Ned) 95, 27. Helling (Ned) 11.

zoek naar gerelateerde artikelen

ma 26 november 2001