Minister Rehavam Zeevi. (Foto: REUTERS)

AMSTERDAM - De gisteren vermoorde Israëlische minister Rehavam Zeevi had geen oren naar concessies aan de Palestijnen. Integendeel, hij was de geestelijk vader van het 'transferplan', dat voorziet in de verhuizing van alle Palestijnen uit de Westoever en de Gazastrook naar de Arabische buurlanden. Slechts op die wijze waren volgens hem de stabiliteit en de vrede van Israël gewaarborgd.

Deze zienswijze, die hij tot zijn dood aanhield, was volgens de 75-jarige ex-generaal niet racistisch, maar realistisch.

Net als Sjaron en zoveel andere Israëlische politici had Zeevi carrière gemaakt in het leger. Hij begon zijn lange loopbaan in de Palmah, een elite-eenheid van de Haganah, de voorloper van het Israëlische leger. Hij bracht het uiteindelijk tot generaal met de reputatie van een mannetjesputter.

Het was typerend voor hem dat hij resideerde in een hotel in het door de Palestijnen als hun gebied beschouwde Oost-Jeruzalem en dat hij weigerde om zich met lijfwachten te omringen. Zeevi werd ook in burgerpak vaak gezien met een kleine versie van het Uzi-machinegeweer onder zijn arm. Hij was een 'self-made man' die in 1988 zijn eigen politieke partij Moledet (Vaderland) oprichtte. In politiek opzicht bleef Zeevi echter een buitenbeentje zonder een grote aanhang. Voor veel Israëli's waren zijn opvattingen te radicaal.

zoek naar gerelateerde artikelen

do 18 oktober 2001