De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
di 21 augustus 2001  
---
De krant 
Voorpagina Telegraaf 
Binnenland 
Buitenland 
Telesport 
Financiële Telegraaf 
Archief 
ABONNEER MIJ 
Elite Model Look 
De prins en Maxima 
Over Geld 
Fiscus 2001 
Scorebord 
Auto op vrijdag 
Jaaroverzicht 
---
Telegraaf-i
---
Ga naar 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
VacatureTelegraaf 
DFT 
CrazyLife 
Weerkamer 
Al onze specials 
Headlines 
---
Kopen 
 Speurders 
Veilinghal 
ElCheapo 
Siteshopper 
---
Met Elkaar 
Chatweb 
Vertel 
Cybercard 
Netmail 
---
Mijn leven 
AstroLink 
De Psycholoog 
---
Contact 
Adverteren 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
[terug]
 D E   T E L E G R A A F   B I N N E N L A N D 
 
  Sylvia bleef geloven in een wonder
   
 

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (426x284, 17kb)
Sylvia Millecam met vriend Nol
AMSTERDAM - Gisternacht omstreeks twee uur overleed Sylvia Millecam in haar kamer in het Radboudziekenhuis in Nijmegen, waar zij de vrijdag daarvoor plotseling was opgenomen.

Haar vriend Nol was aan haar zijde.

De zondagmiddag voor haar dood had Sylvia nog enkele goede vrienden aan haar ziekbed ontvangen. De zo geliefde comédienne en actrice wist toen al dat zij spoedig zou sterven. Vrijdag jl., kort na haar opname, vertelden de artsen die haar onderzochten: "U heeft nog maar een paar weken te leven. Wij kunnen helaas niets meer voor u doen."

Bij onderzoek was gebleken dat Sylvia borstkanker met ernstige uitzaaiingen had. Ook haar longen waren aangetast. "Eén long functioneert niet meer en de andere nog maar voor veertig procent", vertelde men haar. "Het was", zei men haar, "nog een wonder dat zij nog leefde."

Sylvia hoorde het vonnis kalm aan. Ze toonde een grote innerlijke kracht. Haar vriend Nol had het er moeilijker mee dan Sylvia, die nu ergens misschien ook eindelijk kon berusten in dit oordeel. Ze aanvaardde de waarheid. Er was, daar was ze nu ook van overtuigd, geen andere oplossing of uitweg meer. Ze zou sterven.

Nol bleef bij haar in het ziekenhuis het weekeinde en sprak nog lang met haar. Maar Sylvia's conditie ging ineens snel achteruit. Ze kreeg het steeds benauwder. Zondagmiddag toen vrienden op bezoek kwamen, sluimerde zij langzaam weg, was zij al, zo leek het, op weg naar die andere wereld waar zij als goed katholiek heilig in geloofde.

Het vonnis dat de artsen over haar velden dit weekeinde moet voor SYLVIA een schok zijn geweest. WANT TWEE JAAR LANG HEEFT ZIJ NIET WILLEN GELOVEN DAT ZIJ KANKER HAD, zoals artsen haar hadden gezegd.

Voor het eerst had zij dit afgelopen weekeinde in het Radboudziekenhuis de waarheid over haar slechte gezondheid echt onder ogen willen zien. Tot nu toe wilde zij niet aanvaarden dat zij ernstig ziek was en haar einde misschien nabij kon zijn. Ze weigerde ook zich te laten opnemen in ziekenhuizen, terwijl artsen haar dit eerder hadden aangeraden. Haye van der Heyden die na hun relatie, die in 1993 na zes jaar beëindigd was, goed met haar bevriend bleef, zei me gistermiddag: "Sylvia ontdekte na de zomer van 1999 een knobbeltje in een van haar borsten. Ze dacht echter dat dit wel weer weg zou gaan. Toen dit niet het geval was, zocht zij haar heil bij homeopathische artsen, in wie zij altijd geloofd heeft. Men vertelde haar dat het om een bacteriële infectie ging. Zij volgde allerlei alternatieve therapieën."

"Het knobbeltje bleef echter groeien. Ik heb haar in die tijd enige malen aangeraden zich door reguliere artsen te laten onderzoeken. Uiteindelijk deed ze dit ook. De diagnose kwam heel hard aan voor haar. Men vertelde dat ze borstkanker had en dat het het beste voor haar zou zijn om chemotherapie te ondergaan."

"Ik weet nog dat ze me huilend opbelde toen men haar dit nieuws verteld had, maar ze weigerde zich te laten opnemen. Ondanks adviezen van artsen van het Anthonie van Leeuwenhoekziekenhuis bleef zij geloven dat het slechts om een bacterie ging. En als artsen tegen haar zeiden dat een borstamputatie haar zou kunnen redden, wees zij dit voorstel af."

Ze zei me in die tijd: "Ik ga liever dood dan dat ik dit moet ondergaan. Als je chemo krijgt, ga je toch ook van binnen dood." Haye zegt: "Het was haar keuze om te kiezen voor de alternatieve geneeswijze. Ze liet zich door verschillende artsen, die eigen therapieën hadden, behandelen. Men stelde haar vaak gerust door te zeggen dat men wel iets had om die bacterie te bestrijden."

Vorig jaar zomer liet zij zich nog opnemen in een kliniek in Zwitserland, met de hoop daar te kunnen genezen. Maar in het najaar van 2000 bleek haar toestand alleen maar te verslechteren. Eind vorig jaar belde ze me echter ineens heel blij en opgelucht op: 'Ik heb nu een arts gevonden die een kuur heeft waardoor die bacterie zal verdwijnen. In zes weken ben ik er voor altijd vanaf', had hij gezegd. Ze klonk zo gelukkig."

"Ik twijfelde toen echter al aan haar woorden. Zij wilde gewoon geloven dat het waar was. Alternatieve geneeswijzen hebben haar altijd al geïnteresseerd en het is niet zo vreemd dat zij daarvoor koos en dit prefereerde boven de reguliere geneeskunde."

"Ze had daar ook wel enige redenen toe. Voor haar vader een paar jaar geleden overleed, bezocht zij hem bijna dagelijks in het ziekenhuis. Daar kwam zij in contact met de ouders van een twaalfjarig meisje dat er lag. Men noemde haar toestand kritiek. Het meisje had vlekken op de longen. Men gaf haar niet veel hoop. Sylvia kende toen een homeopathische arts, waar zij goede ervaringen mee had gehad. Ze besprak de toestand van het meisje en zei toen tegen de ouders: 'Ik weet iemand die haar kan genezen'. Ze bracht de ouders in contact met de arts. En een wonder of niet een paar weken later had hij met een eigen medicijn het meisje genezen. Nog altijd kreeg Sylvia op haar verjaardag bloemen van dit meisje en haar ouders."

"Ze had dus zelf ervaren dat een diagnose niet altijd onherroepelijk is. Terwijl zij verzwakte, bleef zij haar artsen zoeken die haar hoop konden geven, die niet zo realistisch (lees in haar visie pessimistisch) waren over haar toestand."

Waarom wilde zij de 'waarheid' niet accepteren, weigerde ze de chemotherapie of een amputatie? Natuurlijk was Sylvia, zoals elke jonge vrouw, erg bezig met haar uiterlijk. Ze had er altijd plezier in weer een nieuwe haardracht uit te proberen. Lang was zij helemaal weg van rood haar en na een fotosessie, waar Robert van Duyn in de Amsterdamse Jordaan de juiste kleur bij haar wist aan te brengen, bleef zij die kleur trouw. Ze verscheen op premières graag in uitdagende creaties. Ze zei: "Als ik ga, wil ik er voor mijzelf en voor iedereen een feestje van maken."

Ze genoot van de aandacht die zij kreeg. Ze maakte nooit problemen over de media, die haar tijdens zo'n avond filmden of fotografeerden. Dat hoorde bij het vak, wist ze en ze was gevleid met al die attentie.

Ze had er lol in een sekssymbool te 'spelen' zo'n avond, door spraakmakende creaties te dragen, de koningin van het bal te zijn. Maar ze deed het op zo'n manier en zelfs met zo'n zelfspot soms en altijd met stijl dat je er alleen maar om kon glimlachen. Zij leefde het leven en genoot intens. Dat straalde zij zeker de laatste jaren met haar Nol uit. Zelf voelde zij zich door al het succes dat haar was overkomen ook een geluksvogel, een 'zondagskind', zoals ze vaak zei.

En zou dit zelfbeeld nu op zo'n wrede wijze vernietigd moeten worden door borstkanker? Zou er nu op zo'n drastische wijze een rode streep worden gezet door dit geluk en succes, dat haar was overkomen?

In het geheim had zij enkele jaren daarvoor een borstvergroting ondergaan. Ze vond dat leuk, zoals zij alles deed om er zo goed mogelijk uit te zien. Ze was trots op haar goede figuur. Ze poseerde voor PLAYBOY, kortom: uiterlijk speelde een belangrijke rol in haar leven. En een verminking als een amputatie paste niet in haar wereld, net als chemo. Ze zou op eigen kracht en met krachten van de natuur, genezen! Ze geloofde in een innerlijke kracht, in spiritualiteit en bleef de realiteit op die manier ontwijken.

"Maar kan men haar dit kwalijk nemen", aldus ALFRED VAN DEN HEUVEL, haar vriend en collega van OOK DAT NOG. "Ze had het nog altijd over die bacteriële infectie en wij als vrienden steunden haar in die gedachte, terwijl we soms wel twijfelden. Maar deze gedachte hield haar op de been. En dit was haar leven en haar keuze, die moest je respecteren, vond ik. En ik had al gemerkt dat als ik mijn twijfel eens uitte over al die alternatieve geneeswijzen en haar zei dat het misschien toch beter was als..., zij ineens zweeg. Dan was er niet meer met haar te praten en sloot zij zich gewoon van je af. Dat was echter het laatste dat ik wilde."

Twee weken geleden had Alfred van den Heuvel nog contact met haar. "Ze wilde een arts bezoeken, die een therapie had waar ze in geloofde. Ik haalde haar met de auto op. Ze genoot van die rit. Ze kwam de laatste tijd niet meer buiten. Ze wilde niemand meer zien."

"Ik had nog een stretcher voor haar gekocht tegen het 'doorliggen'. Daar was ze heel blij mee. Ze genoot van deze dag. We hebben ook nog gelachen samen. En ik dacht: ik moet haar eens ophalen van thuis, heerlijk naar buiten met haar... Maar dat is er niet van gekomen."

Alfred van den Heuvel heeft, zegt hij, veel respect voor Sylvia. Niet alleen vanwege haar talent, maar vanwege haar sterke geest, haar doorzettingsvermogen en haar wil om te blijven zoeken naar een geneeswijze. "Ze wilde blijven vechten. Dat deed ze ook vorig jaar bij de eerste tien opnamen, die zij nog maakte met OOK DAT NOG. Je zag dat zij pijn had in haar borst. Bij een lezing zag je haar gezicht soms vertrekken. Maar als er dan opname was, schitterde zij met al die sprankelende levenslust die je van haar kent en waar zij het publiek mee raakte."

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (391x512, 43kb)

"Voor de opname was zij echter vaak doodmoe en was er die pijn. Dan trok zij zich terug in haar kleedkamer en kwam zij er alleen uit voor het programma. Na afloop was ze doodmoe, ging ze als een ziek vogeltje naar huis. Maar dat zij in die omstandigheden nog zo goed kon acteren, zo raak een typetje kon neerzetten, daar had ik zo'n bewondering voor, net als iedereen van ons team..."

Na tien afleveringen moest SYLVIA vorig jaar met het programma stoppen. Haar manager JOHN BUKMAN zei me gistermiddag: "We hebben toen naar buiten gebracht dat zij een bacteriële infectie had. Dat geloofde zij en hoewel we toen al onze gedachten hierover hadden, bleven wij haar in deze theorie steunen. Het was haar eigen wens. Zelfs toen wij dus onze bange vermoedens hadden, dat haar ziekte ernstig zou kunnen zijn, brachten wij ook kort geleden nog haar versie naar buiten."

Sylvia Millecam had al wel eens aan John laten merken dat ook zij natuurlijk soms haar angsten en twijfels had en dat zij het niet zou redden. Ze zei me toen: "Ik ben ervan overtuigd dat het alleen om zo'n bacterie gaat en ik zal genezen, maar ik kan me natuurlijk ook vergissen. Als ik me vergis", vervolgde ze dan, "het zij zo!"

Ze was heel spiritueel, voelde dat er na dit leven nog iets was. Ze was zeer gelovig. Elke avond bad zij. Ze droeg ook een crucifix.

Het geloof gaf haar in deze dagen veel steun. ALFRED VAN DEN HEUVEL zegt: "Ik schrok toen ik haar twee weken geleden zag. Ze was zo mager en je merkte dat de pijnen heviger werden. En natuurlijk had zij het met die uiterlijke aftakeling moeilijk."

Dat was ook de reden dat zij behalve Nol bijna niemand meer wilde zien in haar woning aan de Leidsekade in Amsterdam. Ze lag de laatste tijd bijna hele dagen in bed. De pijnen werden steeds erger. John Bukman zegt: "Toen ik haar vorige week nog aan de telefoon had, merkte ik dat zij zo'n vreemd kuchje had. Ik maakte me toen grote zorgen."

Bukman had gelijk. Sylvia kreeg het steeds benauwder. Vrijdag jongstleden werd zij met ernstige ademhalingsproblemen opgenomen in het Radboudziekenhuis in Nijmegen. Aanvankelijk zou het om een onderzoek gaan. Maar men vond het nodig dat zij bleef.

Haye van der Heyden zegt: "Ze had ook al enige tijd een enorme lage bloeddruk, een onderdruk van 45." Haye spreekt zijn bewondering uit voor Sylvia's vriend Nol, die dag en nacht twee jaar lag zo'n enorme steun voor haar geweest ik. "Hij pepte haar zoveel mogelijk op, stond achter haar en samen streden zij die strijd, waarbij Sylvia ondanks alles toch telkens met haar positiviteit bleef geloven in een herstel en bleef zoeken naar therapieën naar dat 'wonder'."

"Hoop doet leven, zegt men. Misschien heeft die hoop Sylviade kracht gegeven haar dood nog uit te stellen tot dit weekeinde. Ze wilde geen geknakt vogeltje worden, ze wilde leven. En ze heeft geleefd en veel lol gemaakt", zegt Haye van der Heyden.

"Ik herinner me dat toen we samenwoonden in de buurt van de Albert Cuyp we met een steekkarretje flessen wijn gingen halen in een winkel. En 's avonds ging de ene fles na de andere leeg. Ze hield van plezier, maakte van haar leven naast al dat harde werken een groot feest."

"Ze was echter ook altijd een dappere dodo. Dat begon al in haar jeugd. Ze groeide op in Boxmeer. Een toekomst voor een meisje is daar misschien de kassa van een supermarkt. Maar op haar kittige hoge hakjes meldde Sylvia, die helemaal niet uit een artistiek milieu kwam, zich bij de Toneelschool in Maastricht. Daar werd zij met haar gedrevenheid en haar talent aangenomen en vormde zij de basis voor haar latere carrière. Eerst speelde zij bij het serieuze toneel. Daar raakte zij bevriend met de regisseur Gijs de Langer, met wie zij haar eerste duurzame relatie had. Ze speelde ook bij Glove."

"In de Smoeshaan, een artiestencafé in Amsterdam, leerde ik Sylvia in 1987 kennen. Gijs stelde haar aan me voor. 'Haye (ik was net klaar met Purper) heeft allerlei ideeën. Daar kan je misschien leuk mee samenwerken. Dat is goed voor je."

Haye zegt: "Het werd meer dan samenwerken. We werden verliefd."

Zes jaar bleven zij bij elkaar. "Ik hield van haar eerlijkheid en haar puurheid", zegt hij. "Ze deed me denken aan Doris Day. En ze wilde andere mensen echt blij maken."

Haye herinnert zich dat SYLVIA, met wie hij ook na hun relatie altijd een goede band had, op 29 juni 1999 nog met Nol te gast was bij hem thuis op de verjaardag van zijn vrouw Veronique. "We hadden een mooi tuinfeest en Sylvia deed er tot in de nacht allerlei acts, waar we zo onbedaarlijk om hebben gelachen. Daar hield ze van, ze was blij als ze anderen plezier kon geven..."

Kort na dit mooie zomeravondfeest ontdekte Sylvia op een dag dat knobbeltje in een van haar borsten, dat haar nu fataal is geworden.

Er wordt nu ook nog geopperd, dat de borstvergroting de siliconen een rol zouden hebben gespeeld bij haar ziekte.

Haye van der Heyden weigert dat te geloven, vindt het nu ook te 'pijnlijk' daarover te praten. Liever spreekt hij over haar levenslust, haar geweldige talent als actrice en comédienne, haar perfecte gevoel voor timing en haar liefde voor het vak. Natuurlijk, zegt hij, heeft hij haar keer op keer getracht te overreden die chemokuur te doen en die borstamputatie als zij wilde overleven.

Hij zegt nu zacht: "Maar ze wilde haar eigen weg gaan. Dat heeft ze altijd gedaan. Ik denk dat ze zelf, zeker begin dit jaar, wel wist dat ze haar kop in het zand stak, maar dat wilde ze niet weten. Ze hield zich telkens vast aan weer een nieuwe therapie. En dat is haar goed recht natuurlijk, maar het is jammer dat zij de laatste tijd niemand meer wilde zien. Ze wilde deze fase alleen doormaken, zei ze... ergens ook, denk ik, omdat ze wist dat haar vrienden haar toch telkens op andere gedachten wilden brengen door haar te adviseren de adviezen van de reguliere artsen te volgen."

ALFRED VAN DEN HEUVEL zegt: "Kan je het haar kwalijk nemen dat ze dit niet wilde? Nee natuurlijk! Het is haar beslissing en ik denk, dat ik als ik in haar plaats had gestaan, misschien hetzelfde had gedaan. Het is haar leven en zo wilde zij het."

Sylvia, die al zoveel dromen heeft kunnen waarmaken, wilde geloven in de droom dat zij zou herstellen. Een droom die dit weekeinde in het Radboudziekenhuis zo wreed werd verstoord.




 

zoek naar gerelateerde artikelen


di 21 augustus 2001

[terug]
     
© 1996-2001 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.