DEN HAAG - Jaarlijks komen bijna 20.000 ambulances te laat aan bij slachtoffers in nood. Een ziekenwagen op een spoedeisende rit moet volgens de wet binnen 15 minuten om de plaats van het onheil zijn, maar dat mislukt in 5,9 procent van de gevallen.
De blauwe zwaailichten en loeiende sirenes helpen in veel steden en dorpen niet om binnen een kwartier een zieke of gewonde te bereiken. Een slechte organisatie en verkeerde spreiding van de ambulances zijn daarvan de oorzaak.
Dit blijkt uit een onderzoek naar de ambulancezorg in Nederland in opdracht van minister Borst (Volksgezondheid). De D66-bewindsvrouw vindt het grote aantal ambulances dat te laat komt niet acceptabel en wil dat het percentage zo snel mogelijk naar beneden gaat. Borst stelt de 10 miljoen gulden extra beschikbaar, die de ambulancezorg volgens het rapport nog tekort komt.
Volgens de Inspectie voor de Gezondheidszorg, het RIVM en het College Tarieven Gezondheidszorg (CTG), die het onderzoek uitvoerden, is extra geld niet echt de oplossing voor het te laat komen van veel ambulances. Het probleem wordt vooral veroorzaakt door een verkeerde spreiding van standplaatsen, dus een slechte logistieke organisatie.
Als de ambulancediensten zich goed regionaal zouden organiseren, kan er volgens de onderzoekers tussen de 20 en 46 miljoen gulden worden bespaard. Er zijn nu zo'n 80 diensten. De kleinste is Schiermonnikoog met 68 ritten per jaar, de grootste Utrecht met 48.000. De ondoelmatigheid is geheel de eigen schuld van de individuele organisaties, zo meldt het rapport.
De regio's moeten liefst gelijk zijn aan de huidige politieregio's, zodat de meldkamer van de ambulancezorg kan worden samengevoegd met die van brandweer en politie.
Volgens Borst geeft het onderzoek ondanks de verontrustende hoeveelheid laatkomers ook aan dat er in Nederland "hoogwaardige ambulancezorg" wordt geboden.
De D66-bewindsvrouw vindt dat het in sommige regio's wel echt beter moet. Ze vindt tevens dat het management en de kwaliteit van het ambulancepersoneel op bepaalde plaatsen moet worden verbeterd.
De minister beschouwt de ambulancezorg als "vooruitgeschoven ziekenhuiszorg". Deze noodhulp zou dus op dezelfde manier moeten worden gefinancierd als de ziekenhuizen. Nu nog zijn het de provincies die bepalen hoe het geld wordt verdeeld. Dat werkt volgens Borst "verstarrend". Straks moeten de zorgverzekeraars direct het geld toewijzen.
![[terug]](/krant/logos/terug.omlaag.gif){kind=small}