...niemand wil een windmolen voor zijn deur...

AMSTERDAM - In tegenstelling tot wat de meeste mensen denken is groene stroom niet duurder dan 'grijze' stroom.

Wie op 1 juli besluit de overstap te maken naar groene stroom hoeft geen dief van zijn eigen portemonnee te zijn. Dit is mogelijk doordat energiebedrijven geen energiebelasting voor groene stroom hoeven af te dragen.

Dit blijkt uit cijfers van de website over groene energie, www.greenprices.nl. Deze site biedt consumenten de mogelijkheid uit te laten rekenen bij wie zij het goedkoopst hun groene stroom kunnen halen. Na het invoeren van de postcode kan de klant kijken wat hij of zij jaarlijks voor grijze stroom betaalt, wat groene stroom bij die aanbieder kost en wat men vanaf 1 juli bij andere aanbieders van groene stroom betaalt.

Een rekenvoorbeeld. Een Amsterdams huishouden met een jaarverbruik van 3000 kWh betaalt bij Nuon ƒ1145 voor grijze stroom en ƒ1186 voor groene stroom per jaar. Bij Essent zou dit huishouden voor groene stroom ƒ1145 betalen. Nog goedkoper zou het zijn als de Amsterdammers hun groene stroom door De Energieconcurrent lieten leveren, dan betalen ze ƒ1115 per jaar. De hoofdprijs betaalt het Amsterdamse huishouden bij Eneco, ƒ1260 per jaar.

Groene stroom wordt in Nederland met name opgewekt door windmolens en de verbranding, de vergassing van planten, bomen of dierlijke mest en in mindere mate door zonnepanelen en waterkrachtcentrales. Hiervoor zijn flinke investeringen nodig. Grijze stroom wordt opgewekt door de verbranding van kolen, olie en gas. Hierbij komen veel Co2 gassen vrij. Ook betrekken Nederlandse energiebedrijven hun stroom van bruinkool- en kerncentrales.

Enige haast is wel geboden. De bewustwording van de milieuproblematiek bij consumenten in combinatie met de mogelijke prijsvoordelen zou wel eens een run op groene stroom teweeg kunnen brengen. De goedkoopste aanbieder van groene stroom, De Energieconcurrent, kan maar aan 6000 klanten groene stroom leveren. Directeur John Appeldoorn verwacht dan ook dat er wachtlijsten komen.

Afhankelijk van de toestroom van nieuwe klanten kampen vrijwel alle energiebedrijven vroeg of laat met dit probleem. Woordvoerder Sjoerd Marbus van het Platform Versnelling Energieliberalisering, dat moet zorgen voor een soepele overgang naar een vrije energiemarkt, laat weten dat momenteel 250.000 huishoudens gebruik maken van groene energie. Volgens hem kunnen Nederlandse energiebedrijven maximaal aan 600.000 huishoudens natuurstroom aanbieden. "De kans is dan ook aanwezig dat groene stroom op den duur is uitverkocht", aldus Marbus.

Uitbreiding van het aantal windmolenparken lijkt een oplossing van het capaciteitsprobleem. Maar het duurt vaak te lang voordat zo'n park staat. Woordvoerder Jan van Diepen van het ministerie van Economische Zaken spreekt van het zogenoemde not in my backyard syndroom. "Iedereen is voorstander van een beter milieu, maar niemand wil een windmolenpark voor zijn deur."

zoek naar gerelateerde artikelen

wo 20 juni 2001