DEN HAAG - De Bosnisch-Servische commandant Dragan Obrenovic is gisteren in de Scheveningse gevangenis ingesloten, nadat hij op eerste paasdag door SFOR-troepen was opgepakt in de Bosnische plaats Zvornik.

Dragan Obrenovic (Foto: REUTERS)

Obrenovic wordt medeplichtigheid aangerekend aan genocide, waaronder voor de massa-executies in 1995 van duizend gevangen Bosnische moslimmannen uit de 'veilige haven' van Srebrenica. Dit gebeurde op verschillende locaties in en rond de zone waar de zogenoemde Zvornik-brigade verantwoordelijkheid droeg.

Verder worden Obrenovic misdaden tegen de menselijkheid (uitroeiing, moord en vervolging op politieke, raciale en religieuze gronden) tenlastegelegd, alsmede het overtreden van de wetten of gewoonten in oorlogstijd (moord). Binnen dit geheel was Obrenovic met enige regelmaat de commandant van de Zvornik-brigade. Naar verwachting zal Obrenovic nog deze week voor de rechter verschijnen. De officiële aanklacht van het Joegoslavië-Tribunaal werd op 23 maart door aanklager Carla Del Ponte ondertekend.

Eerder speelde Obrenovic al een hoofdrol in het proces tegen zijn chef, generaal Radislav Krstic, die ervan wordt beschuldigd de veldcommandant te zijn geweest tijdens de aanval op Srebrenica. In weerwoord op Krstic' ontkenning dat hij opdracht zou hebben gegeven burgers te vermoorden, speelde de aanklager een band af van een onderschept telefoongesprek tussen Obrenovic en Krstic, waarin de laatste Obrenovic gebiedt iedereen te vermoorden.

De arrestatie van Obrenovic betekent het einde van een tien maanden durende periode waarin geen enkele arrestatie werd verricht door SFOR. Florence Hartmann, woordvoerster van Del Ponte, zei te hopen dat er de komende weken meer arrestaties volgen.

di 17 april 2001