JAKARTA - Een tweede parlementaire berisping en daarmee vermoedelijk een afzettingsprocedure voor de Indonesische president Abdurrahman Wahid lijkt onvermijdelijk. In het afgelopen paasweekeinde zijn alle fracties in het Huis van Afgevaardigden (DPR), met uitzondering van Wahids eigen partij PKB, het daarover eens geworden.
"Het enige dat een dergelijke motie van wantrouwen nog kan verhinderen, is wanneer Abdurrahman de regeringszaken zeer plotseling geheel anders zou benaderen en wanneer hij zijn plichten eindelijk ernstig zou nemen", zei DPR-ondervoorzitter Tosari Wijaya het afgelopen weekeinde.
|
Zelfmoordcommando in Jember. (Foto: REUTERS)
|
Het Huis stuurde Gus Dur, zoals de presidentiële bijnaam luidt, begin februari een eerste vermaning nadat een DPR-commissie Wahids betrokkenheid bij twee geruchtmakende corruptiezaken bewezen achtte. De president kreeg drie maanden de tijd te reageren en zijn grillige beleid te verbeteren. Toen Wahid al op 28 maart de berisping van de hand wees en liet weten dat hij zichzelf onschuldig acht, leidde dat enerzijds tot heftige verontwaardiging bij zijn politieke tegenstanders en tot massale steunbetuigingen van zijn aanhangers anderzijds.
Wanneer het antwoord van de president op de tweede berisping, die vermoedelijk tijdens de DPR-zitting op 30 april zal worden geformuleerd, wederom als onbevredigend wordt ervaren, zal de Raadgevende Volksvergadering (MPR, dat is de DPR aangevuld met 200 vertegenwoordigers van beroepsgroepen en provincies) de komende zomer vermoedelijk een afzettingsprocedure inleiden.
Vice-president Megawati, wier partij PDI-P de roep om een tweede berisping steunt, lijkt inmiddels gereed het roer van Wahid over te nemen. Het tweetal, ooit goed bevriend, is in de achttien maanden van Wahids regering uiteengedreven.