Rond de jaarwisseling hoopt een record aantal Nederlanders in één klap schathemelrijk te worden door de hoofdprijs in een grote loterij te winnen.

De Staatsloterij heeft gisteren bekendgemaakt nu al bijna door haar voorraad loten heen te zijn. Op de 4.000 verkooppunten zijn er naar schatting nog slechts een paar honderdduizend te koop.

Staatsloterijwoordvoerder Anne de Lange: "De verkoop is veel sneller gegaan dan we hebben verwacht. Het staatslot voor de Loterij van de Eeuw is het meest verkochte millenniumartikel."

Ieder jaar weer blijkt de loterijkoorts in december tot ongekende hoogte te stijgen. In 1996 is de Staatsloterij met de verkoop van 2,2 miljoen Oudejaarsloten à vijftig gulden uitverkocht geraakt. Vorig jaar zijn alle 3,2 miljoen Oudejaarsloten verkocht en dit jaar zullen dat er dus 3,8 miljoen zijn.

De lotenverkoop is gisteren zo snel gegaan dat vanuit het hoofdkantoor van de Staatsloterij via een computerverbinding duizend loten per minuut naar de verkooppunten zijn verstuurd.

Met de verkoop stijgt ook het prijzengeld. In 1996 heeft de Oudejaarsloterij een hoofdprijs van tien miljoen gulden en een van één miljoen gulden. Vorig jaar is een keer tien miljoen en tien keer één miljoen gulden uitgekeerd. Dit jaar zijn er onder andere een prijs van twintig miljoen en tien prijzen van één miljoen gulden te winnen.

Ook de Nationale Postcodeloterij, met een jaaromzet van vijfhonderd miljoen gulden half zo groot als de Staatsloterij, deelt mee in de loterijkoorts. Zij heeft op 1 januari een straatprijs van 30,8 miljoen gulden op het spel staan.

Mogelijk komt er volgend jaar echter een einde aan de gunstige ontwikkeling voor de loterijen. In opdracht van het kabinet heeft een groep ambtenaren van diverse ministeries deze maand een beleidsnotitie geschreven om de kansspelmarkt drastisch te veranderen.

De ambtenaren pleiten ervoor de kansspelmarkt als een gewone marktsector te beschouwen waarbij in principe "iedereen een bepaald kansspel kan organiseren" en waarbij het "ieder die een kansspel organiseert vrij staat om te bepalen welke bestemming de opbrengsten dienen te krijgen: een goed doel, een eigen belang of een algemeen belang."