Voorpagina
Nieuwsarchief
Xtra
El Cheapo
NieuwsFocus
Reiswereld
Vacatures
Auto
Weer
QuickLink
Reageer!
Huizen
NetMail
ChatWeb
Interman
Veilinghal
Privé
Siteshopper
 &referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT=""> [Nederland]
[Buitenland]
[Telesport]
[De Financiële Telegraaf]
[Nederland]
 
 

zaterdag
11 december 1999
 

[Siteshopper]
[BOL]
[Veilinghal]
[Autosite]
[Vacatures]

Dwangarbeid blijft Duitse
industrie achtervolgen

door Theo Jongedijk - BERLIJN, zaterdag

"Wij willen eerst onderzoeken met welk recht onze bedrijfsnaam op de lijst staat." Zo reageerde een woordvoerder van één van de 255 Duitse ondernemingen die in de Tweede Wereldoorlog dwangarbeiders in dienst zouden hebben gehad.

Afgelopen week werden gegevens gepubliceerd waarin het Amerikaans Joods Comité (AJC) in Berlijn een honderden namen tellende overzicht vrijgaf, "niet om bepaalde ondernemingen te veroordelen, maar om de discussie over het onderwerp te stimuleren."

Dat lijkt nauwelijks nodig, want het verloop van de onderhandelingen in Bonn en New York over een schadeloosstelling voor alle nog levende slachtoffers is in een groot aantal landen met buitengewone belangstelling gevolgd.

Het oprichten van een bedrijfsfonds door een aantal Duitse ondernemingen, die ruim vijftig jaar na de oorlog toch nog hun morele verantwoordelijkheid namen voor het aangedane leed, deed de afgelopen maanden bij de ex-dwangarbeiders de hoop op een bevredigende afwikkeling bij de ex-dwangarbeiders gestaag groeien. Zeker nadat de Duitse overheid bereid bleek om óók een substantiële bijdrage te leveren, waardoor het beschikbare bedrag van vijf naar acht miljard groeide.

"Goede behandeling"
"Wij hebben geen dwangarbeiders in de productie gehad, dus is er ook geen sprake van verrijking. Ze waren blij dat ze hier mochten zijn, omdat ze goed werden behandeld. Sommigen hebben achteraf verklaard dat het wel vakantie leek", luidde de reactie van een tweede onderneming, waarvan de naam ook op de deze week gepubliceerde lijst voorkomt.

"Het kartel van 'nee'-zeggers", kopte een Duitse krant boven een verhaal, waarin soortgelijke, afhoudende reacties de boventoon voerden. "Er moet sprake zijn van een naamsverwarring." Of: "Ons archief bestaat niet meer", zijn dezer dagen in het Duitse bedrijfsleven veel gehoorde commentaren.

Het door het Amerikaans Joods Comité boven water gehaalde overzicht van bedrijven, die in de nazi-tijd hebben geprofiteerd van de inzet van goedkope dwangarbeiders, is ontleend aan de studie 'Catalogus van kampen en gevangenissen in Duitsland en bezet gebied'. De organisatie 'International Tracing Service (ITS)' publiceerde het boek in 1949.

Het gaat om een 'vergeten' uitgave van drie banden, in totaal ruim 700 pagina's dik, die werd samengesteld om oorlogsvermisten 'thuis te kunnen brengen'. Het voormalige communistische dagblad 'Neues Deutschland' (ND) komt de eer toe het betreffende boekwerk als eerste in de openbaarheid te hebben gebracht. Ongeveer een maand geleden publiceerde het blad een lijst van maar liefst 2.498 bedrijven, die dwangarbeiders in dienst zouden hebben gehad.

Aanwijzingen
De redactie van Neues Deutschland vlooide de driedelige uitgave op aanwijzingen in deze richting uit en drukte alle 'verdachte' namen af. ND-redacteur Jürgen Reents vindt het een schande dat er tot op heden niet meer dan zeventien bedrijven bereid zijn om aan het vergoedingsfonds deel te nemen. Op basis van het bestudeerde boekwerk komt hij tot de conclusie dat in nazi-Duitsland meer dan 20.000 burgerwerkkampen waren. Hier werden door SS en Wehrmacht tien tot twaalf miljoen Europese burgers tegen hun uitdrukkelijke wil naar toe gebracht.

Het mogelijk stuklopen van de onderhandelingen over schadevergoeding aan de ex-dwangarbeiders kan voor de Duitse industrie ingrijpende consequenties hebben.

De vrijwaring van nieuwe processen, een tegemoetkoming van de ex-dwangarbeiders voor het tot stand komen van een financiële regeling, is dan van de baan. Vooral vanuit de Verenigde Staten en het Oostblok zal het gerechtelijke procedures gaan regenen.

Ook moet het Duitse bedrijfsleven nog rekenen op boycotacties van haar producten. Als speldenprikken hebben er de afgelopen maanden al anti-Duitse advertenties in Amerikaanse kranten gestaan. "De oorlog is bij een mislukking van de onderhandelingen nog niet afgelopen", sprak deze week een Amerikaanse advocaat nog dreigend.






[Voorpagina]

[Nederland]

[Buitenland]

[Telesport]

[De Financiële Telegraaf]

[Xtra]




© 1996-1999 Dagblad De Telegraaf. Alle rechten voorbehouden
e-mail: redactie@telegraaf.nl