De topconferentie van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) in het Amerikaanse Seattle is gisteravond opnieuw overschaduwd door felle demonstraties. Enkele honderden betogers gingen de straat op om te protesteren tegen het in hun ogen te harde politie-optreden van de afgelopen dagen waarbij meer dan 500 actievoerders werden opgepakt.

Ondertussen probeerden de afgevaardigden van de 134 WTO-landen overeenstemming te bereiken over de agenda voor een nieuwe onderhandelingsronde die moet leiden tot verdere liberalisering van de mondiale handel. Volgens de Amerikaanse onderhandelaarster Charlene Barshefsky zit er schot in het overleg over landbouwexport, vermindering van invoertarieven en de dienstensector. Zij verwachtte dat de besprekingen vandaag op de laatste dag van de WTO-top kunnen worden afgerond.

President Bill Clinton ondertekende in Seattle een verdrag tegen kinderarbeid. Hij drong opnieuw bij de WTO aan op overleg over verscherping van arbeids- en milieunormen. Ontwikkelingslanden zien het koppelen van sancties aan overtredingen echter als een vorm van protectionisme door de rijke landen.

De burgerrechtenbeweging American Civil Liberties Union (ACLU) wil het stadsbestuur van Seattle voor de rechter slepen. Volgens de ACLU is door de politie inbreuk gemaakt op de vrijheid van meningsuiting. In een groot deel van de binnenstad geldt sinds het begin van de ongeregeldheden een volledig uitgaansverbod. Ook is de wijde omtrek van het congrescentrum waar de WTO-top plaatsvindt door de politie tot verboden gebied verklaard voor actievoerders.