Bij de Superclub-affaire gaat het om de verkoop, eind november
1989, van een groot pakket aandelen in videoketen Superclub door oprichter Maurits
de Prins aan Kempische Steenkolen (KS). Voor die aandelen werd een veel te hoge
prijs betaald, waardoor het resultaat van Superclub over 1989 omsloeg van een
verlies van 30 miljoen in een winst van 95 miljoen. Van Acker was
destijds bestuurder van KS en moet zich nu verantwoorden voor misbruik van vertrouwen,
oplichting en valsheid in geschrifte.
Volgens financieel directeur Marc
Vercruysse van Gimv is Van Acker "niet schuldig tot schuldig bewezen". Aanleiding
om zijn functie bij de voormalig gewestelijke investeringsmaatschappij neer te
leggen, zou er voor de directeur-generaal van Gimv dan ook niet zijn. Van Acker
zelf ontkent de beschuldigingen. "Ik heb altijd mijn raad van (commissarissen)
correct ingelicht", zo stelt hij in een Belgisch dagblad. "Ik ga recht in mijn
schoenen. Ik denk er niet aan ontslag te nemen."
Directievoorzitter Stan
Vermeulen van Alpinvest stelt desgevraagd van Gimv zélf nog niet te hebben
vernomen dat Van Acker zich voor een correctionele rechtbank moet verantwoorden.
"We weten ervan via de Belgische pers. Niet meer dan dat. Op basis van wat we
weten, is er voor mij echter geen reden om van de overname af te zien."
Eergisteren
kondigden Gimv en Alpinvest aan dat medio december een bod verwacht mag worden
van 1,6 miljard. Door de overname van Alpinvest door Gimv zou een sterke
onafhankelijke Europese investeringsmaatschappij ontstaan met een gezamenlijke
activaportefeuille van EUR2,3 miljard (5,1 miljard) en 100 werknemers, verspreid
over 8 kantoren in Europa. Van Acker zou, als de overname eenmaal een feit is,
leiding geven aan het management comité van de gecombineerde onderneming.
De Nederlandse equivalent daarvan is de raad van bestuur.
Vercruysse
ziet van het feit dat Van Acker zich voor een Belgische rechter moet verantwoorden
ook "geen impact" uitgaan op de voorgenomen overname. "Alpinvest wist vooraf dat
deze zaak kon gaan spelen."
Alpinvest is het derde Nederlandse beursgenoteerde
bedrijf dat met de Superclub-affaire in aanraking komt. Electronicaconcern Philips
en bankverzekeraar ING Groep gingen de investeringsmaatschappij reeds voor. Philips
kreeg al in 1991 met de videoketen te maken, nadat Superclub door het Nederlandse
elektronicaconcern toen nog onder leiding van Jan Timmer werd overgenomen.
Zes
jaar later zette opvolger Cor Boonstra er al weer een punt achter. Boonstra was
van mening dat de aanhoudende verliezen en de omvang daarvan de voortzetting van
Superclub onverantwoord maakten. Philips had toen al een voorziening voor de videoketen
achter de kiezen van 1 miljard. Daarnaast was met De Prins een schikking
getroffen, om een eind te maken aan onenigheid over de al dan niet terechte wijze
waarop de overname van Superclub tot stand was gekomen. Volgens de Belgische onderzoeksjournalist
Willy van Damme stak Philips meer dan 1,8 miljard in Superclub, waarvan
niet meer dan 400 miljoen kon worden teruggehaald.