Öcalan houdt de doodstraf

Van onze correspondent - ROME, vrijdag

Het Hof van Appel in de Turkse hoofdstad Ankara heeft het doodvonnis tegen de leider van de Koerdische Arbeiderspartij PKK, Abdullah Öcalan, bevestigd. Daarmee heeft het Hof het verzoek van Öcalans advocaten om herziening van het vonnis terzijde geschoven.

De PKK-leider was afgelopen juni op het Turkse eiland Imrali ter dood veroordeeld wegens landverraad en separatisme. Öcalan wordt ook verantwoordelijk gehouden voor de moord op meer dan 30.000 mensen die sinds 1984 stierven in de strijd tussen Koerden en Turken in Zuidoost-Turkije.

Het parlement en president Suleyman Demirel moeten nu besluiten of het vonnis ten uitvoer wordt gebracht.

De Europese Commissie liet gisteren weten teleurgesteld te zijn dat de doodstraf voor Öcalan wordt gehandhaafd. De beslissing doet de aspiraties van Turkije om over twee weken in Helsinki tot kandidaat-lid van de EU te worden benoemd, geen goed.

Geen enkele lidstaat van de EU kent de doodstraf. "We verwachten dat de doodstraf niet zal worden uitgevoerd", stelde een woordvoerder van Eurocommissaris Verheugen (Uitbreiding) gisteren.

Sinds 1984 is in Turkije de doodstraf niet meer voltrokken, ondanks dat deze straf enkele tientallen keren werd uitgesproken. Maar de wens onder de Turkse bevolking om de PKK-leider te zien hangen, is groot. Dagelijks werden op de staatstelevisie beelden vertoond van Turkse slachtoffers van de PKK.

De parlementariërs van de extreemrechtse regeringspartij MHP sinds de laatste verkiezingen in april dit jaar de tweede partij van Turkije zijn absoluut van plan de doodstraf tegen Öcalan te ondersteunen.

De socialistische partij DSP van premier Bülent Ecevit zal nu moeten kiezen of ze meer belang hecht aan haar regeringscoalitie, en aan de wraaklust van de Turkse bevolking, of aan de verwachtingen van Europa. Ook is het mogelijk dat de Turkse president Demirel er niets voor voelt zijn handtekening onder het doodvonnis te zetten.