KNHB zoekt nog twee ton voor
organisatie Champions Trophy

AMSTERDAM, dinsdag

De Koninklijke Nederlandse Hockeybond (KNHB) heeft nog bijna twee ton nodig om de begroting voor de dubbele Champions Trophy in Amstelveen (eind mei) sluitend te krijgen. Het totale budget voor het mannen- en vrouwentoernooi bedraagt 5,2 miljoen gulden. Een eventueel tekort komt voor rekening van de KNHB.

"Maar we gaan er van uit dat het evenement tenminste kostendekkend zal zijn", zei bondsdirecteur Johan Wakkie gisteren tijdens de presentatie van het speelschema. "Uit sponsoring en relatiemarketing verwachten we nog wel enig geld te genereren. Ook hopen we op hogere recettes dan we hebben begroot."

In het toernooibudget is rekening gehouden met de verkoop van 70 tot 75 procent van het kaartenpakket. Het Wagenerstadion wordt speciaal voor de Champions Trophy met 2000 overdekte plaatsen uitgebreid tot de maximale capaciteit van 9000 toeschouwers. Voorlopig is nog maar 10 procent van de beschikbare tickets verkocht. "Maar nu het speelschema bekend is, denk ik dat de voorverkoop snel aantrekt", liet Wakkie weten.

De vorige Champions Trophy in Brisbane, ook voor mannen en vrouwen, was geen financieel succes. De organisatie moest er afgelopen zomer zes ton op toeleggen. Dat kwam voornamelijk doordat een hoofdsponsor zijn verplichtingen niet nakwam. Het succesvolle WK vorig jaar in Utrecht leverde nog een batig saldo op van bijna drie ton voor de KNHB. Naast Nederland doen bij de mannen Spanje, Duitsland, titelverdediger Australië, Zuid-Korea en Engeland mee. Bij de vrouwen speelt Oranje tegen Duitsland, Argentinië, Nieuw-Zeeland, titelverdediger Australië en Zuid-Afrika. Het toernooi begint op vrijdag 26 mei en eindigt op 4 juni.

De internationale hockeyfederatie (FIH) wilde Pakistan (mannen) en Zuid-Korea (vrouwen) graag toevoegen aan het toernooi, waaraan doorgaans alleen de beste zes landen mogen deelnemen. De FIH vond dat uit 'promotionele' overwegingen een goede gedachte, aangezien Azië een belangrijk werelddeel is voor het hockey. Het Nederlandse organisatiecomité wilde het toernooi best met twee dagen uitbreiden, maar verlangde wel dat beide landen de extra kosten (totaal drie ton) voor hun rekening zouden nemen. De twee naties konden dat geld niet opbrengen en ook de FIH wilde dat bedrag niet betalen. Daarom is de vertrouwde toernooi-opzet met elk zes landen gehandhaafd.