China heeft met succes zijn eerste proef met een onbemand ruimteschip genomen. De shuttle Shenzhou, wat letterlijk godenschip betekent, heeft afgelopen weekeinde 14 banen rond de aarde gemaakt. De capsule belandde na 21 uur in de autonome provincie Binnen-Mongolië, aldus het Chinese staatspersbureau Xinhua (Nieuw China).

China behoort daarmee tot het exclusieve groepje van drie landen dat over technologie voor bemande ruimtevaart beschikt. De andere twee landen zijn Amerika en de Sovjet Unie. Deskundigen verwachten volgend jaar de eerste bemande ruimtereis van de Chinezen.

In 1996 ontplofte een van de raketten die bedoeld waren om satellieten de ruimte in te schieten. Daarna werd geëxperimenteerd met een nieuw soort projectiel, de 'Lange Mars'-raket. In totaal werden 17 lanceringen gedaan die allen voorspoedig verliepen.

Het shuttle-gedeelte werd ontwikkeld in samenwerking met de Russen; het Chinese ruimteschip lijkt ook enigszins op de befaamde Sojoez, weegt 8,4 ton en moet in staat zijn vier ruimtereizigers te vervoeren. Die hebben al een naam: Taikonauten, en worden in Rusland opgeleid.

Naast China's reputatie, zou een bemande vlucht de vooruitgang van de Chinese ruimtevaartindustrie bevestigen. Tevens zal het de kwaliteit bekrachtigen van de 'Lange Mars'-raketten, die inmiddels 25 buitenlandse satellieten in de ruimte hebben geplaatst.