SER: geen verbod op
commerciële acties overheid
DEN HAAG, zaterdag
Er hoeft geen verbod te komen op commerciële
activiteiten van overheidsdiensten. Om oneerlijke concurrentie met het
bedrijfsleven te voorkomen, moeten er wel wettelijke voorwaarden worden
gesteld.
Dat is de strekking van een nog vertrouwelijk
ontwerpadvies waar vakbonden, werkgeversorganisaties en de kroonleden
in de Sociaal-Economische Raad (SER) het over eens zijn geworden.
In juni was er nog sprake van een verdeeld advies. De
werkgeversorganisaties in de SER hielden toen nog vast aan een verbod
met uitzonderingen.
De marktactiviteiten van overheidsdiensten zijn al jaren
een heet hangijzer. Onder meer energiebedrijven, gemeentelijke
reinigings- en plantsoendiensten en vervoersmaatschappijen worden door
het bedrijfsleven geregeld beticht van oneerlijke concurrentie.
Partijen binnen de SER zijn het er nu over eens geworden
dat er geen verbod moet komen. In plaats daarvan moeten er wettelijke
voorwaarden worden gesteld, zoals het betalen van btw en
vennootschapsbelasting over de inkomsten. Verder moet via een
kosten-batenafweging van alle bestaande en toekomstige
marktactiviteiten vast komen te staan dat de overheidsdiensten
"per saldo tot een positief welvaartseffect kunnen leiden".
De SER pleit verder voor de oprichting van een nieuwe
onafhankelijke toezichthouder op de bijklussende overheid. De
concurrentie-waakhond NMa zou hier volgens de SER te weinig tijd voor
hebben.
|