GVB'ers naar Spanje in
privé-jet zakenrelatie
door Dick Nieuwboer - AMSTERDAM, zaterdag
Een privé-jet van een Spaanse zakenrelatie
vloog tijdenlang iedere week met ambtenaren van het Amsterdamse
Gemeentevervoerbedrijf (GVB) op en neer naar het Iberisch schiereiland.
Dat stelde mr. P. Plasman, advocaat van de
hoofdverdachte in de GVB-fraudezaak John M.(53), gisteren voor de
Amsterdamse rechtbank. Volgens hem hebben veel meer mensen binnen het
bedrijf zich verrijkt. Zijn cliënt zou slechts de zondebok zijn.
"Iedereen wist dat het één grote chaos was bij het
GVB. Van hoog tot laag werd daarvan geprofiteerd", aldus Plasman.
Zijn cliënt hoorde donderdag een celstraf van 21
maanden en een geldboete van 50 duizend gulden tegen zich eisen.
Volgens officier van justitie mr. J. Plooy heeft M. gesjoemeld met
werkbriefjes, rekeningen vervalst en steekpenningen aangenomen. Ook
tegen twee andere GVB'ers en twee zakenrelaties eiste Plooy
maandenlange celstraffen en geldboetes.
Onderzoek
John M. ontkent de meeste beschuldigingen aan zijn
adres. Volgens zijn advocaat is het onderzoek bovendien veel te beperkt
gebleven. "De officier heeft zelf in de pers gezegd dat het
onderzoek niet is uitgebreid wegens een gebrek aan capaciteit",
zei hij. "Als dat wel was gebeurd zou veel meer naar boven zijn
gekomen", aldus de advocaat.
De officier van justitie wees het verwijt van de
hand. "Ik heb alleen gezegd dat het interessant was geweest om
verder te kijken", zei Plooy. "Maar er waren geen concrete
aanwijzingen om verder te zoeken. En je kunt ook moeilijk vijf jaar
lang met zo'n onderzoek doorgaan", betoogde Plooy.
Maar volgens Plasman waren er wel degelijk
aanknopingspunten voor verder onderzoek. "Waarom is niet gekeken
naar de hoge ambtenaar die iedere maand als adviseur naar Suriname
vloog?", zei de advocaat. "En het onderzoeksteam wist ook dat
één ambtenaar een auto had gekregen van een zakenrelatie.
Waarom is dat niet bij anderen onderzocht?"
"De verdachten hebben er alle belang bij om de
schuld ook bij anderen neer te leggen", antwoordde de officier.
"Maar ik heb nog geen namen en onderbouwing gehoord van hun
beschuldigingen."
De rechter doet 3 september uitspraak tegen de vijf
verdachten.
|