&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

woensdag 14 juli 1999

Soldatenkamp in Kosovo vlakbij een asbestberg door Roy Klopper - PRIZRIN, woensdag De 850 leden van het naar Kosovo uitgezonden geniehulpbataljon van de Koninklijke Landmacht zijn bij aankomst op hun uitvalsbasis in de stad Prizrin gestuit op een forse lading asbest die op een luttele tachtig meter van de legerplaats ligt. De kankerverwekkende stof bevindt zich in de resten van een door de NAVO platgebombardeerd stationsgebouw. Omdat het Nederlandse tentenkamp zo dicht op het tijdens de luchtoorlog in as gelegde gebouw staat, hebben enkele militairen de noodklok geluid. Ze vrezen dat ze bij een ongunstige wind asbestdeeltjes inademen. Monsters Het ministerie van Defensie in Den Haag meldt desgevraagd dat er geen reden is voor paniek. "Op de basis worden dagelijks luchtmonsters genomen met speciale apparatuur. Tot nu toe is daar nog nooit uit gebleken dat er enig gevaar bestaat voor de gezondheid", aldus woordvoerster majoor H. Evertse. Het verontruste militaire personeel in Kosovo, onder wie genisten, chauffeurs, medewerkers van het Explosieven Opruimingscommando (EOC) en medici, is gisterochtend tijdens een speciale bijeenkomst in Prizrin voorgelicht over de asbest-situatie. "Iedereen is duidelijk verteld dat men niets te vrezen heeft", zo meldt de majoor. Ze tekent daarbij aan dat alle uitgezonden militairen voor vertrek al zorgvuldig zijn voorbereid op het omgaan met asbest. "Iedereen heeft stofmaskertjes, en enkele militairen hebben speciale cursussen gevolgd zodat ze veilig zelf asbest kunnen verwijderen. Vanzelfsprekend is voor hen speciale kleding voorhanden. Daarbij was het asbest al voor de komst van deze troepen aangetroffen door vooruit gestuurde experts. Zij hadden het gebouwtje al afgezet." Verontrust In Nederland achtergebleven familieleden van de genie-ondersteuningseenheid vrezen dat Defensie de gezondheidssituatie in Prizrin al te rooskleurig afschildert. "Onze mannen bellen ons met de dringende vraag om hier alarm te slaan. Ze durven amper meer in die tentjes te slapen, omdat ze bang zijn voor het opwaaiende asbeststof", aldus een verontruste echtgenote. De militaire vakbond AFMP meldt bij monde van F. Lardenoye positief te zijn over de continue luchtmetingen die de landmacht in Kosovo verricht. "Mits er natuurlijk dezelfde veiligheidsnormen worden gehanteerd als in Nederland gebruikelijk is. De oorlog is daar voorbij, dus de legerleiding heeft alle tijd om adequate maatregelen te nemen." Volgens Defensie wordt het gevreesde stationshuisje binnen enkele dagen ontdaan van asbestresten. Daarna kunnen de militairen weer over tot de orde van de dag: het aanleggen van nieuwe voorzieningen voor de teruggekeerde Albanese vluchtelingen. Minister Van Aartsen van Buitenlandse Zaken bracht gisteren een bezoek aan de op twintig kilometer van de genietroepen gelegerde artilleristen uit ons land. Hij vindt niet dat Nederland als eerste moet wijken voor de druk om de Gele Rijders in Orahovac te laten plaatsmaken voor Russische KFOR-militairen. "Nederland is geen voetveeg van de NAVO", zei hij na overleg met generaal Jackson, de commandant van de KFOR-troepen in Kosovo. De bewindsman kondigde aan zich de komende weken samen met zijn Defensie-collega De Grave in te zetten voor een diplomatieke lobby om de Gele Rijders op hun huidige basis te houden. "Daar is naar mijn gevoel ook nog genoeg ruimte en tijd voor."

Auteursrechten voorbehouden 1996-1999, © Dagblad De Telegraaf, Amsterdam De Telegraaf-i wordt het best bekeken met Netscape Navigator, Netscape Communicator of Microsoft Internet Explorer.