Concentratie valutahandel
Van onze correspondent - FRANKFURT, maandag
De internationale valutahandel is de afgelopen jaren
met een kwart gegroeid, maar deze grotere omzet wordt in toenemende
mate geboekt in de grootste financiële centra als Londen, New
York, Parijs en Frankfurt.
Londen bleef in de periode april 1995 tot april vorig
jaar de draaischijf met bijna een derde van de totale omzet. In
genoemde periode steeg de omzet met 26% van 1,2 biljoen dollar per dag
tot 1,5 biljoen dollar per dag. Het aandeel van de tien grootste
handelaren in Londen steeg van 44% tot 50%.
Dat blijkt uit een gisteren gepubliceerd rapport van de
Bank voor Internationale Betalingen (BIB) in Bazel, de centrale bank
der centrale banken. In de cijfers is nog niet gerekend met de euro,
die pas per 1 januari jongstleden zijn intrede heeft gedaan.
Blijkens het rapport is de dollar nog verreweg de meest
verhandelde valuta, de Amerikaanse munt was betrokken bij zeven van de
tien transacties. De Duitse mark komt op de tweede plaats door
betrokkenheid bij drie van de tien transacties. Dat betekent dat als de
eurovaluta samen gerekend worden de dollar vermoedelijk nog iets
belangrijker is, maar dat de weegschaal om gaat kiepen als ook het
Britse pond wordt meegerekend.
Londen is zowel voor dollars als marken het
belangrijkste centrum. De dollarhandel vond vorig jaar voor 32% plaats
in Londen en voor 18% in de VS, de markenhandel voor 34% in Londen en
voor slechts 10% in Duitsland.
|