Japanse beurs presteerde
sterk in eerste kwartaal
EINDHOVEN, maandag
Gedurende het eerste kwartaal van 1999 was sprake van
een wisselend beeld op de internationale effectenbeurzen. De markten
gingen voortvarend van start, echter na enige dagen reeds was sprake
van aarzeling onder beleggers. Tegenvallende economische cijfers in
Europa, een ongewijzigd beeld in het Verre Oosten en de toenemende
spanningen in de diverse brandhaarden in de wereld waren hier debet aan.
Ook verliep de introductie van de euro niet helemaal
soepel. De nieuwe munt kwam al vrij snel onder druk te staan door de
beter dan gemiddeld presterende Amerikaanse economie. In het kielzog
van de Amerikaanse dollar steeg het Britse pond sterling in waarde,
ondanks de magere economische groei in het Verenigd Koninkrijk.
Vooral in het tweede deel van het eerste kwartaal 1999
leefde de hoop op een spoedig economisch herstel in Japan op. De
aangekondigde "harde" aanpak van een aantal structurele
problemen gaf veel beleggers in eerste instantie uit de Angelsaksische
landen een hernieuwd vertrouwen in de toekomstige prestaties van het
Japanse bedrijfsleven.
In bijgaande tabel wordt het verloop van de beurzen
gedurende het eerste kwartaal weergegeven. Voor het eerst wordt dit
verloop in euro's weergegeven. Het valt op dat de valuta's van alle
niet EMU (Europese Monetaire Unie)-landen in waarde zijn gestegen.
De korte rente daalt sinds de rentehobbel in 1994 in
feite niet veel meer, zodat het verschil tussen de lange en korte rente
zeer gering is. Als gevolg van de wereldwijd nog relatief lage
bezettingsgraad en het feit dat de capaciteitsgrenzen waarschijnlijk
ook in 1999 bereikt zullen worden, zal het rentepeil naar verwachting
laag blijven. Duidelijk is dat de rente als stuwende kracht voor de
aandelenmarkten zo goed als uitgewerkt is en dat meer en meer de
bedrijfswinsten het toekomstig beeld op de beurzen zullen gaan bepalen.
Gelet op dit relatief hoge koersniveau en de verwachting dat de
winstgroei in 1999 op een lager niveau zal bewegen, lijken de beurzen
kwetsbaar. Derhalve handhaaft GIM binnen de asset-allocatie een lichte
onderweging voor de aandelensector.
De nadruk van de aandelenbelegging blijft liggen op de
Verenigde Staten en Europa, waarbij de start van de euro ertoe heeft
geleid dat Europa als één continent wordt beschouwd.
De Japanse beurs was in het eerste kwartaal met een
totaalresultaat van ruim 26% verreweg de best presterende beurs. Op de
tweede plaats volgt Noorwegen met een stijging van 19,6% en op de derde
plaats de beurs van Hongkong met een totaalresultaat van 19,4%. Een
groot deel van laatstgenoemde stijging was het gevolg van de
appreciatie van de Hongkong-dollar met 8,5%.
De vierde plaats in de rangorde wordt ingenomen door
Australië met een beursstijging van 5,5%. Ook hier speelde de
valutaire ontwikkeling een belangrijke rol. De Australische dollar
steeg in de verslagperiode met maar liefst 11,3%, waardoor het
uiteindelijk resultaat uitkwam op 18,3%.
Op de vijfde en zesde plaats volgen de beursindices, die
in het afgelopen kwartaal door allerlei fusies en overname(geruchten)
en de 'impeachment'-procedure tegen president Bill Clinton het meest in
de belangstelling stonden, namelijk de Standard & Poor 500 en Dow
Jones Industrial Index. De toename van Wall Street, gemeten aan de Dow,
bedroeg 6,6% in de eerste drie maanden van 1999 en gemeten aan de
S&P 4,6%. Dank zij de forse appreciatie van de Amerikaanse dollar
behaalden beide indices een gunstig totaalresultaat.
Op de zevende, achtste en negende plaats volgen het
Verenigd Koninkrijk, Canada en Singapore met respectievelijk een
totaalresultaat van 13,9%, 13,7% en 13,5%. Het forse herstel van de
olieprijzen vanaf de maand maart had, gezien de weging van de
oliefondsen, een positieve invloed op de prestaties van de
eerstgenoemde beurs, terwijl economisch het ergste leed geleden lijkt
te zijn in Singapore en Hongkong.
Het rendement op Nederlandse guldensobligaties toonde
een bescheiden daling van 1,1%. De volatiliteit aan het rentefront
alsmede de Kosovo-crisis waren debet aan deze ontwikkeling.
|