&referer=" WIDTH="0" HEIGHT="0" BORDER="0" ALIGN="LEFT" ALT="">

Op jacht naar een hoofdprijs

door Hans Woudstra
foto: Peter Zonneveld

Chris van der Velden, Maarten Lafeber en Robert Jan DerksenHij heeft nog steeds dat jongensachtige, dat positivisme, die frisse en opgewekte kijk op het leven van een professionele golfer. De eeuwige glimlach staat hem goed, maar tot nog toe is de grote doorbraak op de Europese Tour ook voor Robert-Jan Derksen nog een utopie.

In die keiharde wereld, waarin de concurrentie zich schijnbaar dagelijks met aanstormende talenten als Garcia en Park aanscherpt, verdiende onze beste Nederlandse golfer tot nu toe ƒ66.000. Een bedrag, waar de wereldtoppers om lachen, maar toch... Het is met verdere steun van zijn sponsors Muermans, Eastborn, De Club van Honderd, State of Art, Mitsubishi en Unilease genoeg om van te leven en zijn kosten voor vliegreizen en hotels te betalen, maar echter te weinig om straks zijn Tour-kaart te mogen behouden.

"Om volgend jaar weer met de grote jongens mee te mogen doen, moet ik ƒ160.000 verdienen. Ik heb nog zeven toernooien in het verschiet, inclusief het komende TNT Open, om dat bedrag te verwezenlijken. Een top-zes finish heb ik daarvoor wel nodig", zegt de man die in oktober drie jaar professional is en zichzelf drie tot vijf jaar de tijd heeft gegeven om het in deze zo mentaal zwaar beladen sport te maken.

Robert-Jan Derksen presteerde dit jaar in tegenstelling tot Rolf Muntz beter dan vorig jaar. Hij speelde tot nu toe veertien toernooien en haalde zeven keer de cut. In het Duitse Open ging hij zogezegd als een speer. Na drie dagen had hij met een top-tien plaats nog alle kans op de overwinning, maar een laatste ronde van 77 wierp hem terug naar de 30e plaats. "Ik wilde die laatste dag een beetje te veel mijn best doen. Door een slechte start kwam ik niet meer in mijn ritme. Wanhopen doe ik echter nog lang niet. Ik weet, dat ik dicht bij de top zit. Het is vaak moeilijk uit te leggen dat een 30e plaats eigenlijk helemaal niet slecht is. Eén slag minder over 72 holes scheelt je ongeveer tien plaatsen op de ranglijst. Zo dicht ligt alles in golf bij elkaar. Ik leer echter nog steeds. In het Benson and Hedges ben ik op Bernhard Langer afgestapt. Hij is een idool van me, omdat hij met betrekkelijk weinig talent, maar met enorm veel werklust en discipline de top heeft gehaald. Ik zei: 'Meneer Langer, ik ben Robert-Jan Derksen en ik speel ook op de Tour. Zou ik met u een oefenronde mogen spelen?' We hebben achttien holes gelopen en hij stond me met raad en daad terzijde. Van hem leerde ik, dat je iedere hole goed moet observeren omdat vaak iedere situatie door de invloed van de wind anders kan zijn. Vroeger speelde ik te verdedigend. Daar red je het niet mee in dit gezelschap van wereldtoppers. Ik speel nu aanvallender en dat moet wel om in de 60 te kunnen scoren."

Als de Nijmegenaar, die vorig jaar 167e werd straks na de ranking bij de beste 175 zit, dan kan hij de volledige Challenge Tour spelen. Eindigt hij bij de beste 145, dan zal hij terug moeten naar de Qualifing School en alleen als hij bij de beste 115 professionals finisht, dan behoudt hij zijn Europese Tour-kaart. Zegt: "Ik sta nu 131e, maar het is pas voorbij als het laatste toernooi is gespeeld. Ik heb een topklassering nodig, hoe moeilijk dat ook is."

Intussen heeft Derksen alweer afscheid van zijn caddie genomen. Aan het begin van dit jaar zette hij een advertentie en Joop Medze werd de opvolger van Ramon van Wingerden. Medze assisteerde Derksen gedurende acht toernooien, maar zes weken geleden kwam er een einde aan dat verhaal.

Derksen: "Het was in wezen mijn eigen schuld. Ik had iemand gevraagd, die minimaal handicap twaalf moest hebben. Maar dat bleek niet toereikend. Zijn technisch inzicht schoot toch tekort. Ik heb nu een groepje van drie caddies. Drie vrienden met handicap vier. Bouke Wijn, René van Wingerden en Ralf Staal. Laatstgenoemde is mijn caddie op het TNT Open. Ik denk, dat het werkt, ondanks het feit dat het een noodoplossing is tot het einde van dit jaar."

Vanaf donderdag wacht het Dutch Open. Veel vrienden en fans zullen hem door de Hilversumse baan op de voet volgen. Het stimuleert hem hopelijk om in die vier dagen tot die zo broodnodige topprestatie te kunnen komen.