De FIA heeft een aantal eisen opgesteld, waaraan alle auto's moeten voldoen om mee te mogen racen.
Motor: Alle Formule 1-motoren mogen niet meer dan 3 liter cilinderinhoud hebben. Toegestaan zijn 12 cilinders, die normaal
afgesteld staan.
Schakeling: De motor moet minimaal 4 versnellingen hebben, en maximaal zeven.
Breedte auto: De totale breedte van de auto mag de 180 cm niet overschrijden. De vleugels mogen niet meer dan 140 cm van de neus
afsteken. Bovendien mag de neusvleugel niet meer dan 90 cm buiten het achterwiel steken.
Gewicht en hoogte: Het minimumgewicht van de auto is 600 kg. De maximumhoogte is 95 cm. De vleugel mag niet hoger zijn dan 80
cm.
Banden: De banden moeten 4 groeven hebben, dit geldt voor alle banden, dus zowel voor nat weer als voor droog weer. De voorbanden
mogen niet breder zijn dan 270 mm.
Wielen: Maximumbreedte: 38,1cm. De kabels moeten gemonteerd zijn, om te voorkomen dat de wielen losraken in een ongeluk.
Brandstof: Tanken is toegestaan en er is geen limiet aan de hoeveelheid getankte brandstof. Echter, olie verversen mag niet
tijdens de race. Dankzij de nieuwe regels is de brandstof nu schoner. Ook de uitstoot van fosfaat en benzeen wordt verminderd.
Hulpmiddelen voor de coureur: Electronische hulp, zoals anti-blokkeersystemen zijn niet toegestaan.
Bescherming voor de rijder: Sinds 1997 is er aan boord van iedere auto een zogenaamde Accident Data Recorder aanwezig. Deze
maakt opnames tijdens de race. In het geval van een ongeluk kan de FIA dan nagaan wat er gebeurt is. Voor het geval dat er
ingegrepen moet worden door de marshalls, is bepaald dat in alle auto's de knop om de motor uit te schakelen op dezelfde plaats moet
zitten. Hierdoor kan de wagen sneller uitgeschakeld worden.