De Telegraaf-iDe KrantNieuwsLinkSportLinkDFT.nlDigiNieuwsCrazyLife
do 25 jul 2002, 10:30  
---
Nieuwsportaal
---
Film 
Filmpagina 
Bioscoopagenda 
De Oscars 2002 
Hotshots 
Hotshots 
ABONNEER MIJ 
---
Ga naar 
AutoTelegraaf 
Reiskrant 
Woonkrant 
Vacatures 
DFT 
Privé 
Tournieuws 
Weerkamer 
Al onze specials 
Headlines 
Wereldfoto's 
Wereldfotos 
---
Kopen 
Speurders 
Koopjesjager 
---
Service 
Scorebord 
AEX-koersen 
Bioscoopagenda 
Over Geld 
Dagje uit 
---
Met Elkaar 
Dating 
---
Mijn leven 
Zomerhoroscoop 
Vrouw & Relatie 
AstroLink 
Uw horoscoop vandaag 
---
Contact 
Lezerservice 
Advertentietarieven 
Mail ons 
Over deze site 
Bij ons werken 
Telegraaf Holding 
Jaarverslag 
Alle uitslagen, standen, programma's 
 
[terug]
 F I L M 
 
  'Laissez-Passer'
Milde blik op Franse filmgeschiedenis
   
 

AMSTERDAM - Waren de Fransen, die tijdens de Tweede Wereldoorlog bleven werken voor door Duitsers gerunde filmstudio's, fout? Het filmtijdschrift 'Les cahiers du cinema' was later keihard in z'n oordeel en verklaarde filmmakers, die zich aan die vorm van collaboratie hadden bezondigd, besmet. Bernard Tavernier, destijds criticus voor hetzelfde blad, is in zijn nieuwe film 'Laissez-Passer' aanmerkelijk milder.

Klik op de foto voor een afbeelding op volle grootte (426x284, 23kb)
De oorlogsjaren vormen het decor van 'Laissez-passer'.
In 'Laissez-Passer' laat Tavernier zijn licht schijnen over de oorlogsperiode en de dilemma's waarmee filmmakers van toen zich geconfronteerd zagen. Hij volgt daarbij twee historische figuren van de Franse cinema: scenarioschrijver Jean Aurenche (Denis Podalydès) en assistent-regisseur Jean Devaivre (Jacques Gamblain). De eerste, een doorgewinterde losbol met een hele stoet minnaressen, wringt zich in allerlei bochten om niet voor het door Duitsers geleide Continental Films te hoeven werken. Devaivre, die de verantwoording voor een vrouw en kind heeft, treedt na lang aarzelen wel toe tot die studio, al is hij tegelijkertijd vastbesloten niet zijn ziel aan de duivel te verkopen.

Taverniers bijna drie uur durende film zit vol humoristische anekdotes over mensen die zo goed en zo kwaad als het gaat hun hoofd boven water proberen te houden. Incidenteel besteedt hij aandacht aan de tragische gevolgen van de Duitse bezetting, zoals de deportatie van joden. Dit soort ellende wordt echter snel weggewuifd, waarna er ruimte is voor nog wat kleurrijke verhalen. De toon die de regisseur daarbij aanslaat, is ronduit vergoelijkend. Zijn impliciete boodschap (de Franse filmmakers in oorlogstijd waren niet fout, maar deden binnen de hun opgelegde beperkingen juist goed) lijkt de werkelijkheid even weinig eer aan te doen als de stringente manier waarop 'Les cahiers du cinema' deze mensen destijds als collaborateurs in de hoek zette.

M.W.




 


do 25 jul 2002, 10:30

[terug]
     
© 1996-2002 Dagblad De Telegraaf, Amsterdam. Alle rechten voorbehouden.